de plantages, het herstellen van de vroegere Hoflaan x), enz.
Na deze inleidende woorden volgen hier eenige mededeelingen
uit de overigens rijke geschiedenis van het oude slot. De
heerschende papierschaarschte is oorzaak, dat ik alleen de
hoofdpunten daarvan kan aangeven 2)
Toen Adriaen Pauw, heer van de heerlijkheid Heemstede
van 1620-1653, in 1648 te Munster vertoefde als gevolmach
tigde bij de vredesonderhandelingen, welke een eind maakten
aan den 80-jarigen oorlog, werd door hem een steen gekocht
waarop hij de korte geschiedenis van het slot in het latijn
liet beitelen 3), welke vertaald als volgt luidde:
Het slot te Heemstede, in zijn eersten opbouw, is tusschen 1200 en
1300 met een grondgebied beleend. In 1346 is het begiftigd met volle
rechtspraak. Door de ongunst der tijden is het in 1393 en 1404 twee
maal verwoest; omstreeks 1460 is het weer opgebouwd. In de volgende
- 6i -
(1) De Hoflaan liep in vroeger tijden van het slot naar het Kerkplein.
In den gevel (benedenzijde) van perceel no. 10 aan genoemd plein is
het oude naambord (in steen) ingemetseld: Hoflaen. Door den aanleg
van straten in het daar liggend nieuw bebouwde gedeelte werd genoemde
laan verkort tot de Javalaan en is thans een smal weggetje, bijna on
begaanbaar bij regen als zijnde dan een modderpoel en bij droog weer
een stofboel. Waarom men dit laantje thans herdoopt heeft in Slotlaan
is mij niet duidelijk. Oudtijds was het een prachtige, met roode steenen
bestraat, breede weg met vier rijen boomen. Een werkelijk schitterende
toegang tot het slot in zijn glorietijd.
(2) Een woord van bijzonderen dank moge ik hier brengen aan den
burgemeester Jhr J. P. W. van Doorn en den gemeente-secretaris,
den heer N. Vos, voor hun toestemming om onderzoekingen te doen
in het archief der heerlijkheid en van het dorp naar de geschiedenis van
Heemstede en Berkenrode. Eveneens een woord van dank aan de heeren
E. Vedder en P. M. van Drooge voor hun zoo gewaardeerde hulp
bij bedoelde onderzoekingen. Ook verschafte mevrouw E. A. N. Wassen-
berg-Geuer, eigenaresse van „Het Wapen van Heemstede", vroeger
„de Herberg van het Kasteel" genaamd, mij waardevolle inlichtingen,
vooral op het gebied van den ouden toestand, terwijl de heer E. Erens
den heer Korringa en mij wilde rondleiden op het terrein der ruïne
en ons deelgenoot maakte van zijn uitgebreide kennis als jarenlange be
woner temidden van deze omgeving.
(3) Déze steen is blijkbaar spoorloos verdwenen. Het latijnsche op
schrift er van trof ik aan in het nagelaten handschrift van Willem
Dolleman. Deze werd 26 December 1755 benoemd tot substituut-schout
en secretaris der heerlijkheid Heemstede. 20 Juni 1768 werd hij wegens
zijn bijzondere diensten bevorderd tot schout, secretaris en baljuw. Zijn
zoon Jan en zijn kleinzoon Willem Anthonie hebben later zijn werk
voortgezet. Het manuscript werd in 1900 door zijn nazaat, den heer
A. E. Thierry de Bye Dolleman ten geschenke gegeven aan de gemeente
Heemstede.