- 59 -
betreuren valt: een nieuw gebouw in de as Spaarne-Achter
straat, met een lage verbindingsbouw naar het oude huis, zou
zeker een aesthetisch veel bevredigender oplossing gegeven
hebben dan, als nu, een slecht aan het oude huis aangepaste
aanbouw langs het Spaarne, en zou het oude huis meer zijn
dominerende plaats in zijn omgeving hebben doen behouden.
Hoe dit ook zij, het eerste plan werd definitief aangenomen.
Besloten werd de stal van Poelman aan de Achterstraat en het
koetshuis aan het Spaarne af te breken, het hek langs het
Spaarne naar die straat over te brengen, en langs het Spaarne
een gebouw met vergaderzaal, archiefruimte, papiermagazijn
en conciërgewoning te bouwen, de laatste boven de plaats van
het oude koetshuis. De aanbesteding had plaats op 13 Juli
1903; laagste inschrijver was de Firma Martens Zoon te
Haarlem, aan wie de bouw gegund werd, hoewel haar inschrij
ving a ƒ38.272,- aanzienlijk hoger was dan de raming. De
nieuwe zaal werd in de Algemene Vergadering van 19 Mei
1906 plechtig in gebruik genomen.
Hiermede kunnen wij een streep zetten onder de geschie
denis van het huis Spaarne 17. Bijzondere gebeurtenissen en
veranderingen hebben er sindsdien niet meer in plaats gehad.
Ook de oorlog is langs het huis heengegaan. Kort na de capi
tulatie hebben de bezetters het willen vorderen voor het onder
brengen van hun 'Provinzialverwaltung', maar toen de ont
ruiming van het huis al in volle gang was werd deze gelukkig
afgelast, daar men in het Kenaupark geschiktere huizen ge
vonden had. Dit was zeer verheugend: een langdurig gebruik
van het huis door de bezettende macht zou ongetwijfeld grote
schade aan het interieur hebben veroorzaakt. Ook van de ver
schillende luchtbombardementen op Haarlem heeft het ge
bouw niet meer schade ondervonden dan een scherf van het
afweergeschut die door het dak vloog. En zo mogen wij de
wens uitspreken, dat dit oude Haarlemse patriciërshuis nog
vele jaren aan zijn bestaan moge toevoegen, en als een van
zijn mooiste particuliere gebouwen een sieraad blijven aan de
kroon van de Spaarnestad.
Dr J. A. Bierens de Haan