Dr h.c. T. C. WINKLER'
Het zou niets bevreemdend zijn, indien de meesten der
lezers het juist zo gaat als het mij en mijn naaste omgeving is
gegaan: wijlen Dr T. C. Winkler is voor hen een onbekend,
een vergeten man. Enige tijd geleden hebben wij de herden
king van het zevenhonderdjarig bestaan onzer stad gevierd.
Daarbij zijn vele roemruchte burgers der vroede Spaarnestad
nogmaals aan de vergetelheid ontrukt, doch hierbij ontbrak
Winkler. En dit ondanks het feit, dat de beoefenaren der
wetenschap, die uiteraard in het algemeen minder aan de weg
timmeren, dan bv. politieke personen, niet vergeten waren.
Voor zover ik kon ontdekken, zijn twee necrologieën over
Winkler verschenen, n.l. in de jaargang 1898 van Album der
Natuur en in het Nieuw biografisch woordenboek, deel VI,
kolom 1313. De eerste is van de hand van een zijner dochters
en van Dr A. W. Heynsius.
Tiberius Cornelis Winkler is in Leeuwarden geboren, be
zocht daar de lagere school en werd na het aflopen hiervan
op 13-jarige leeftijd door zijn vader in dienstbetrekking gedaan
bij een graanhandelaar in zijn geboorteplaats. De arbeidsuren
zijn ongetwijfeld lang geweest, de beloning karig, de arbeid
geestelijk niet verheffend. Zonder twijfel heeft de jonge Tibe
rius iets in zijn onderbewustzijn gehad, dat hem niet alleen
belette geestelijk te gronde te gaan, doch hem er toe bracht
voor een deel van zijn karig loon een Franse spraakkunst te
kopen en in zijn vrije tijd Frans te leren. Doch dit niet alleen:
al spoedig volgde hij zijn eigen weg en verliet de graanhande
laar. Hij was ongetwijfeld reeds toen van geheel andere make
lei, dan deze laatste voor zijn personeel nodig zal hebben gehad.
Het is niet mijn bedoeling U de levensschets te ontvouwen.
Onthoudt U slechts, dat Winkler reeds als dertienjarige
jongen toonde te zijn, wat hij zijn gehele, vrij lange leven ver
der gebleven is: de autodidakt, de leergierige leerling, een
geest, die gemakkelijk opnam en vasthield en - wat na zijn
35ste jaar bleek - met een sterke drang tot weergave en een
grote gemakkelijkheid hierin.
_(i) 28 Mei 1822-18 Juli 1897. Conservator van Teyler's Stichting.
Uittreksel van de voordracht op Zaterdag 27 September 1947 gehouden
voor de afdeling Haarlem der Nederlandse Natuurhistorische Vereniging.