- 57 -
oud, in November 1794. Een negental jaren blijven zijn kin
deren en erfgenamen in de onverdeelde boedel. Dan ver
koopt zijn dochter haar aandeel in Elswout aan haar broeder
Jacob Boreel (1777—1833), Minister-resident aan het Hof
der beide Siciliën.
De revolutie van 1795 had een andere klasse van personen,
met geldhandel rijk geworden, op de voorgrond gebracht.
Daartoe behoort ook Willem Borski I (1765—1814), make
laar en later koopman, in 1790 gehuwd met Johanna Jacoba
van de Velde. Met Van Brienen, Hope, Muilman en Willink,
behoorde hij tot de rijksten van Amsterdam, met een geschat
jaarinkomen van 10Ó.000 francs, een bedrag toen door nie
mand overtroffen.il Elswout, dat reeds enkele jaren onbe
woond had gestaan en in verval verkeerde, werd door hem
op 7 November 1805 gekocht van Hendrik Storm, optredend
als gemachtigde van Boreel, die te Napels verbleef. Na
Borski's dood in 1814 wordt o.m. het Zwarte Veld zijn echt
genote toebedeeld. Sinds Franse troepen in 1795 gelegerd
m de zeedorpen en elders in en langs de duinen, er, evenals
de plaatselijke bevolking, een schier onbeperkte jacht hadden
uitgeoefend, was het konijn vrijwel uitgeroeid. Om deze gun
stige toestand te bestendigen, gelast Koning Willem I bij
besluit van 25 November 1827 (Stbld. 54) alle duingronden
in Noord-Holland konijnloos te houden, om 'eens en voor
altijd de klagten en bezwaren te zien eindigen, waarvan
's Lands archieven sedert onheugchelijke tijden zonder tus-
schenpozing vervuld zijn'.
Zeer waarschijnlijk heeft dat zo voortgeduurd tot circa
1847. Voordien althans zijn geen jachtboeken bijgehouden,
die van konijnenvangsten melding maken. De Heer Willem
Borski II (1799—1881), in 1846 zijn moeder in het gehele
bezit van Elswout c.a. als eigenaar opgevolgd, jaagde zelf niet
en een jaar later wordt de ganse duinjacht van Elswout, waar
onder dan nog niet begrepen zijn het 'Jachtduin' onder Bloe-
mendaal en het duin 'De Punt' onder Zand voort, voor zes
jaren verpacht aan de Heer J. H. Croockewit, makelaar in
suiker te Amsterdam, de zwagers H. P. van Heukelom en
P. R. Planteau, welke laatste van 1833 tot 1848 'Bloemen-
heuvel' te Overveen bezat 12, en Jan van der Vliet, welk
gezelschap zich later nog de Heren Thomas Wilson, MPT.
Prévinaire, wonende op het huis 'Nijverveld' aan de Zijlweg