39
der gevoelvolle voorstelling (van de godsdienst) in het redelijk
begrip is geen oplossing tot niets, maar verfijning van de in
houd der verbeelding tot de waarheid der zuivere gedachte'
(over Bolland in de serie 'Mannen en vrouwen van beteke
nis', p. 252).
In deze trant trachtte Van den Bergh van Eysinga meer
dan zestig jaren lang de gevoelvolle voorstelling van het
traditionele Christendom tot de waarheid van zijn gedachte
kern te herleiden. Dat hij daartoe een onvoorstelbare hoeveel
heid bronnen aan het licht bracht bewijst zowel zijn onbe
vooroordeeld wetenschappelijke methode als zijn onvermoei
bare wetenschappelijke ijver. Men leze in dit verband bij
voorbeeld zijn 'Verklaring van het Evangelie naar Matthaeus'
(Arnhem, 1947), waarin hij als Nieuw Testamenticus al zijn
troeven uitspeelt, of ook zijn veel oudere boek 'De Wereld
van het Nieuwe Testament' (Huis ter Heide, 1929).
Aangezien Van den Bergh van Eysinga zijn gegevens
philosophisch doordacht, wist hij het historisch Christendom als
overgeleverde godsdienst te louteren tot een redelijke religie.
Befaamd is zijn 'De redelijke Zin van 't oude Christelijke leer
stuk' (in 'Christusbeschouwingen onder modernen', Baarn).
Mochten religie en philosophic over het algemeen op ge
spannen voet staan, niet aldus voor Van den Bergh van
Eysinga, voor wie aan de religie het begin, zelfs het beginsel
der ware wijsheid ten grondslag ligt: 'De waarheid van de
godsdienst is de godsdienst van de waarheid, religie, die
alle critiek op het overgeleverde en alle twijfel laat gelden,
zelfbewust, omdat zij zich tot wijsheid verheven heeft'
(Leeft Jezus p. 166).
Met het heengaan van prof. van den Bergh van Eysinga
is een periode in onze cultuurgeschiedenis afgesloten, die zo al
niet gedomineerd dan toch door hem gemarkeerd werd. Zijn
stijl van leven en werken, van spreken en schrijven, eenmaal
gemeengoed van velen, was een eenzame nabloei van een
cultuur welke in zijn verfijning en cultivering van 's mensen
geestelijk vermogen helaas niet meer de onze is, maar die in
zijn erflating tot in lengte van dagen van bepalende invloed
zal blijken te zijn. Cultuur is meer dan een verschijnsel van
mode of tijd, in de eerste plaats een verschijnsel van de eeuwig
heid.
E. Frater Smid