wordt. Verder doet hij de eenvoudige woning tot een beschei
den huizinge vertimmeren en noemt haar: 'Leeuw-en-Duin-
zigt'. Het tweede gedeelte van deze naam is duidelijk, het
eerste vraagt toelichting. Overveen was ook in de 18de eeuw
nog rijk aan Bacchustempels. Eén daarvan, 'De Gouden
Leeuw', lag aan de brug over de Brouwersvaart, de Hospes-
brug. In de dertiger jaren der eeuw was een godsdienstige
quaestie aanleiding geweest tot een tijdelijke verplaatsing
van het schoutshuis naar die herberg, waar toen Jacob
Schoone kastelein was. Het lijkt niet onaannemelijk, dat
Van Sompel, die uit hoofde van zijn functie een en ander van
zeer nabij heeft meegemaakt, en bovendien van zijn huis kon
uitzien op 'De Gouden Leeuw' in de verte, dit huis heeft ge
sierd met de naam: 'Leeuw-en-Duinzigt'16).
Toen hij reeds zeer hoog bejaard was, maakte hij kennis
met het phaenomeen van de stelende dienstbode, althans naar
hij aanvankelijk meende. Het volgende had zich afgespeeld:
in de zomer van 1767 was Van Sompel ernstig ziek geweest, zo
zelfs dat voor het leven van de tachtigjarige werd gevreesd.
Op een dag tijdens die ziekte heeft hij 'zig vastelijk verbeeld
gehad, dat hij Lena Elferink, gewezene dienstmaagd van
Adrianus Zelderijk (een Overveens bloemist), hadde hooren
stil op de kousen loopen in zijn kamer; daarop al voort
fantazeerende, dat zij dat deed met looze oogmerken om
hem te besteelen en zijn geld te rooven: op en uit dienzei ven
grond ook gemeend hebbende, beroofd te zijn. Missende zo
hem dagt aan geld vijf en twintig guldens of meer, en heb
bende in zijn maaiende drift daarvan een opstel gemaakt
niet om de meijd te beklaagen in regten of daar buyten, of
ook verdagt te maken bij de waereld, maar om aan haar die
gemeende fout onder het ooge te brengen'. Dit nam' de
hupse Lena echter niet. Zij wendde zich tot een Haarlems
procureur die voor haar een request opstelde, gericht aan het
gerecht van T. A. ende V., waarin zij deed aanvoeren:
'dat zij tot haar uyterste leede weesen ontwaar gewor
den is, dat Jacob van Sompel van zig heeft kunnen ver
krijgen haar suppliante voor bedagtelijk te calumniëeren