128
raad in 1907 besluit de desbetreffende verordening per 1 ja
nuari 1908 in te trekken. Men was van oordeel dat van de
wegbesproeiing alle inwoners profiteerden en dat het dus
onbillijk was alleen die bewoners belasting te laten betalen,
wier percelen aan de te besproeien wegen lagen. Bovendien
lag het in het voornemen om in 1908 ook in die gedeelten van
de gemeente, waar tot dusver geen wegbesproeiing plaats
vond, dit te doen geschieden. De totstandkoming van nieuwe
villawijken en de daarmede verband houdende verbetering
van de gemeentelijke inkomsten, zullen zeker tot het nemen
van bovengenoemde besluiten geleid hebben. Stellig zal men
ook daarbij de belangen op het oog hebben gehad van de zeer
velen, die in die jaren naar Bloemendaal en omgeving kwamen
om 's zomers van bos en duinen te genieten.
In de jaren 19061911 in laatstgenoemd jaar zijn 4
sproeiwagens in gebruik worden met nieuwe sto{bestrijdings
middelen proeven genomen o.a. met Anti-Dust-Oil en
Road-Oil, in 1914 met chloorcalcium. De verouderde, door
paarden getrokken, sproeiwagens gaan tot het verleden be
horen en worden door moderner materiaal vervangen. Daar
toe wordt omstreeks 1920 een z.g. „spramex-wagen" aange
schaft voor het sproeien met teer.
Zoals al eerder is gezegd, ondergingen sedert 1922 enkele
wegen een spramexbehandeling en begon men in 1926 de
rijwegen van een topecadek te voorzien. Dit betekende een
daling van de kosten van de stofbestrijding. Werd daarvoor
in 1921 f 4.000,—, in 1923 f5.300,— en in 1925 bijna f 10,000,—
uitgegeven, zo gaf de begroting voor 1926 slechts een raming
van f 1.000,te zien.
De Mercedes Benz, een auto-tankwagen, die zowel dienst
kan doen voor putruimen als voor sproeiwagen en veeg-
machine en in 1928 werd aangeschaft, is voor wegbesproeiing
dan ook alleen in bijzondere gevallen benut; het nieuwe
verhardingsmateriaal op de rijwegen maakte besproeiing
overbodig.
Het reinigen van wegen, voet- en rijwielpaden geschiedde
tot voor kort uitsluitend door handkracht. In februari 1961