Reclassering. Van 1944 af bekleedde hij het voorzitterschap.
Lid van het hoofdbestuur werd hij na de tweede wereldoorlog.
De laatste jaren was hij vice-voorzitter. Van het Nationaal
Bureau voor Reclassering te 's-Gravenhage was Mr. Raedt
secretaris. Na als lid in dat college zitting te hebben gehad,
werd hij in 1944 bekleed met het voorzitterschap van de
Reclasseringsraad te Haarlem.
Van zijn talenten schonk hij ook aan zijn kerk, de Doops
gezinde gemeente in onze stad. Slechts het lidmaatschap sinds
1940 van de Grote Kerkeraad zij hier vermeld en zijn functie
van regent van het Zuiderhofje. Voorts was hij vice-voorzitter
van de Haarlemse oecumenische raad.
Aan de Vereniging Kennemer scholengemeenschap (Ken-
nemer Lyceum te Overveen) heeft hij vele jaren zijn krachten
gegeven, laatstelijk als president-curator, opvolgend Jhr. Mr.
C. J. A. den Tex.
In het algemeen bestuur van het Noordhollands Philhar-
monisch orkest vertegenwoordigde hij de musici.
Deze onvolledige, maar toch respectabele lijst, getuigt on
miskenbaar van Raedts veelzijdige belangstelling en van zijn
grote werkkracht.
De landsregering erkende zijn verdiensten. Ter gelegenheid
van de verjaardag van H.M. de Koningin in 1958 werd hij
benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandsche Leeuw.
De daarbij behorende versierselen werden hem tijdens een
bijeenkomst ten Kantongerechte belegd, uitgereikt door
Mr. A. M. Baron van Tuyll van Serooskerken, president der
Rechtbank, in wie hij een vriend en mede-ridder had.
En tenslotte Raedt als „Haerlemmer". Van 1936 afwas hij
een belangstellend lid onzer vereniging. Ook als zodanig
verdient hij te worden herdacht met een woord van weemoedi
ge hulde. Met „Haerlem" leefde hij mee, omdat hij een grote
liefde voor Haarlem koesterde. In het Jaarboek verscheen
een aantal necrologieën van zijn hand en een doorwrocht
artikel ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan der afdeling
Haarlem van het Nederlands Genootschap tot Reclassering.
Toen onze vereniging 50 jaar bestond, was het Mr. Raedt die