35
worden afgebroken. Waarschijnlijk waren deze samen
komsten ten huize van een der lidmaten, mogelijk in een der
vele herbergen, die doorgaans buiten de stadspoorten werden
gevonden.
Eerst in 1613 zien wij een der eerste handelingen, welke
geleid hebben tot het bezit van een eigen kerkgebouw. Im
mers in 1613 worden enige goederen in de Witte Herensteeg
(tegenwoordig Witte Herenstraat), bestaande uit een tuin,
ingaande met een poort, met een huizinge met een waterput
daaraan, voor 1600 Kar. gld. aangekocht van zekere Symon
Jansz. Busschaert. De overdracht geschiedde op 21 maart
1613 6, niet aan de Lutherse gemeente zelf, maar aan een
van haar voorstanders, Jan Pompe. In het archief van de
Lutherse gemeente is door deze transportbrief een acte van
8 november 1619 7 gestoken, waarbij Susanna Tierenteyns,
weduwe van Jan Pompe, verklaart, dat het transport van
21 maart 1613 wel is waar op naam van haar echtgenoot was
gesteld geworden, maar dat deze huizinge en tuin aange
kocht waren „ten behoeve van de gemeente van de confessie
van Augsburch, die men Luterse noempt, ende by denselven
tot eenen beede oft diensthuyse geapproprieert, die oock
de penningen voor de coope vandyen belooft ende besorgt
hebben, sonder dat de voors. haren man die uyt syne eygen
middelen eenichsins voldaen ofte betaelt heeft, uytgesteecken
dat hy daertoe geschoncken ofte voldaen heeft". Zij doet dan
ook voor zich en haar erfgenamen afstand van het recht op de
ze aankoop. Blijkens het opschrift „in dorso" op de grosse
van deze beide acten is dit het erf geworden „daer de kerck
op staet". In het archief van de Lutherse gemeente te Haarlem
staat aangetekend, dat de eerste steen voor deze kerk gelegd
zou zijn op 11 februari 1614 en dat de kerk op 9 februari
1615 voltooid was.
Allan 8 vertelt, dat de Lutheranen reeds in juni 1581 enige
kleinere gebouwen benevens de toen nog aanwezige kerk
van het kort te voren opgeheven klooster der Witte Heren
van de stedelijke regering aankochten. Ook De Koning meldt9,
dat de Luthersen de kerk van het voormalige klooster kochten,