42 door aankoop als door erfenis. Allan spreekt 21 over het huis „Het Ooievaarsnest" aan die zijde; dat huis kwam aan de Lutherse gemeente door een legaat van Margaretha Stenfort, weduwe van Hendrick Westerhuys. Zij had in haar testament van 18 nov. 1741 bepaald, dat het vruchtgebruik van haar huizen aldaar zou komen aan haar dienstbode, zolang die nog leefde, maar de eigendom aan de Luthersen. Het huis „Het Ooievaarsnest", dat blijkbaar in 1758 in bezit van de gemeente is gekomen, is nog tot 1910 in gebruik geweest als pastorie. Trouwens ook al eerder worden in de Verpondings- registers aan die zijde van de straat huizen gevonden op naam van de Lutherse gemeente, waarvan één in het begin van de 18de eeuw genoemd wordt als huis van de predikant J. Chr. Schonenberg. Verschillende van deze huizen aan de oostzijde van de Witte Herenstraat zijn in 1741 weer verkocht. Met de regenten van het Frans Loenenhofje zijn in de jaren 1636, 1647 en 1746 overeenkomsten getroffen over de af scheidingen tussen beider terreinen22. In 1647 wordt de heining langs de gang naar de Witte Herenstraat door een stenen muur vervangen, welke in 1746 ook langs de kerke- plaats is doorgetrokken. Over de kerk zelf is echter in al deze jaren zo goed als niets te vinden, hoewel deze toch voor die tijd als een aanzienlijk gebouw werd aangemerkt. In een brief van de voorstanders van de Lutherse gemeente te Gouda van 24 maart 1635, waarin zij de zustergemeente van Haarlem om hulp vragen bij de aankoop van het huis, dat zij tot dusver als kerk gebruikten, spreken zij van de gemeente te Haarlem als „die voortijts in gelycke staet als wy tegenwoordich (zijn) geweest, maer door Godts hulpe en goeder lieden bystant en weldadicheit (daar) uytgeraeckt ende tot besit en gebruyck van een aensienlyck godtshuys gecomen is". Dat de Lutherse gemeente te Haarlem onder tussen zeer was toegenomen, blijkt wel daaruit, dat zij in 1637 aan een tweede predikant behoefte had. De eerste „tweede predikant" werd Sebastianus Cuno 23. Uit de jaren 1647 en 1648 stammen enige bestekken en quitantiën, welke op de verbouwing van de kerk betrekking

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1963 | | pagina 44