61 maal gehuwd met Zijburch Hals, dochter van Claes en jonk- vrouwe Katrijn Willemsdr. van Berkenrode. In december 1518 voegde Gerrit Steffensz. aan het huis, dat zijn schoonmoeder reeds bezat, een huis toe, dat uitkwam op de Oude Gracht 26. Korte tijd later kocht hij van Jacob Dirksz. Hellebreker het belendende perceel27. Hij maakte deze huizen tot één geheel. Volgens de heer Corneille F. Jans sen, hoofd van de Afdeling Monumentenzorg van Openbare Werken, is dit alles in overeenstemming met de bouwge schiedenis van dit huis, waaraan hij een artikel hoopt te wij den. Aangezien echter de transportregisters niet verder dan 1485 teruggaan komen wij op deze manier nie t tot een oplossing van de vraag of ter plaatse een Lazaristenklooster gevestigd is geweest. Laten wij ons daarom nu bezig houden met de kwestie van de stichting van het Lazaristenklooster. Volgens Gonnet zouden de op het Lazaristenklooster betrekking hebbende stukken moeten voorkomen in het nog bestaande cartularium van St. Jan, aangezien het volgens hem zou zijn overgegaan naar deze orde. Wij moeten honderd jaar terug gaan en we belanden dan in een Haarlem, dat bijna geheel uit houten huizen bestond en vermoedelijk niet meer dan 2500 inwoners telde. Uit een stuk van 1 januari 1307 leren wij, dat Willem van Egmond aan het huis, dat hij te Haarlem gesticht had ,,in die ere Goets ende Onser Vrouwen Sinte Marien ende Sente Lazarus", land te Castricum gaf28. Hij was hiermede niet tevreden, want hij vermaakte aan deze nieuwe stichting in zijn testament van 12 maart 1310 het grootste deel van zijn bezittingen 29. Nu moest men nog verlof krijgen van de Grootmeester toe te treden tot de Lazaristenorde, die ontstaan was door afsplitsing van de Or de van St. Jan. Genoemde Grootmeester, Thomas de Seyn- villa, gaf zijn goedkeuring niet 30, vermoedelijk omdat dit klooster niet aan bepaalde formele vereisten voldeed, hoewel Paus Clemens V het klooster reeds op 15 mei 1309 zekere voorrechten verleend zou hebben 31.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1963 | | pagina 63