75
officieren, op eene wijze met hunnen rang overeenstemmende,
te huisvesten" 22. Dr. A. H. L. Hensen tekent hierbij aan:
„op de plek is thans het paleis van justitie gebouwd" 23.
Allan beschrijft de ligging aldus: „Dat groote hooge ge
bouw (St.-Janstraat) aan onze rechterhand, thans de meest
bevolkte stads-armenschool, letter C„ hoofdonderwijzer
J. Moerbeek, waar ongeveer een duizendtal kinderen kosteloos
onderwijs ontvangen, was vroeger het Bisschoppelijk paleis.
Nicolaas van Nieuwland, de eerste Bisschop van Haarlem,
zoowel als zijn opvolger Godefriedus van Mierlo, hebben hier
gewoond" 24.
Toen zaterdag 27 mei 1893 het huis van notaris A. Merens
(Jansstraat 79) in de „Gouden Leeuw" werd geveild, gelukte
het de commissie van het bisschoppelijk museum dit gebouw
voor f 15.965,aan te kopen. Een beroep op de offervaardig
heid der katholieken van het bisdom werd rijkelijk beant
woord, „omdat dit huis in de katholieke tijd werd bewoond
door Godfried van Mierlo, de laatste bisschop van Haarlem
(f 1587)" 25.
Uit verschillende transporten blijkt, dat het zesde huis
van de Markt en het bisschoppelijk museum identiek zijn
en dat de drie daaraan grenzende smalle panden later tot
één huis, de stadsarmenschool, zijn verbouwd. In 1887
werd deze school gesloopt, om plaats te maken voor het
paleis van justitie. Hensen heeft dus in zijn aantekening een
verkeerd spoor gevolgd.
M.i. moet worden aangenomen, dat de eerste bisschoppen
nóch op de plaats van het tegenwoordige museum, nóch
in een der drie aangrenzende smalle huizen hebben gewoond.
In het gemeentearchief is in de transportregisters een nauw
keurig onderzoek ingesteld naar de overdrachten, welke
tussen 1560 en 1582 hebben plaatsgehad. In dit tijdsbestek
is echter geen enkel huis in de Jansstraat aan Nicolaas van
Nieuwland of aan Govert van Mierlo in eigendom over
gedragen.