BUYTEN TWIST
Een van de oudste berichten over het bleken in ons land
betreft de duinstreek bij Haarlem. Al in het laatst der 15de
eeuw wordt van de dorpen Tetterode (Overveen) en Ael-
bertsbergh (Bloemendaal) gezegd dat de bevolking zich
behalve met veeteelt en schelpkalkbranderij, bezig hield
„met lyndelaecken te bleijken", een nering die een eeuw later
tot grote ontwikkeling is gekomen door de immigratie van
talrijke om den gelove opgejaagde Vlaamse en Brabantse
blekers1. Enkelen van hen voerden hier het bleken van
Cameryx doek in. Onder Bloemendaal was dat Le Jeune,
in de Tetteroder ban Guillaume Bossu 2 wiens Franse voor
naam naar goed Overveense zede al spoedig tot Gilliaem
werd verhaspeld. Van Maiitgen Floris, vrouw van Symen
Symonszn., koopt Bossu op 1 Mei 1622 een gedeelte van
„een bleyckerije, huysingh, boomgaert ende landen onder
Tetterode". Deze blekerij was gesitueerd in de laagte, direct
achter (oostelijk van) het tegenwoordige herenhuis op
„Buyten-Twist" (Bloemendaalseweg nr. 187). Gedurende de
ganse 17de eeuw waarin men geleidelijk het gehele bedrijf in
bezit weet te krijgen, blijft het van leden van het geslacht
Bossu en van de aanverwante families Van Aelst, Meesz.,
Patijn, Vereecke (Van Eecke) en Voet. Rond de eeuwwisseling
zijn eigenaren Abraham Voet, gehuwd met Marijtje Ger-
ritsdr. Bossu, Cornelis van Aelst, echtgenoot van Josina van
Eecke, en Hendrik van Eecke 3. Beide laatsten waren kinderen
uit het eerste huwelijk van Marijtje Bossu en Willem van Eec
ke. Zij verkopen op 26 maart 1707 aan Hendrik van Beeck
hun „laeckenbleeckereij met syn huisinge, droogbergh 4 en
tuyn, streckende van de bleeck van de heer kooper tot booven
naer duyn toe tot aen de roode scheijsteen aldaer, sijnde
staende en leggende in den banne van Tetrode, belendt ten
Noyt is hier mensch gequelt
met vinnigh tegenspreken.
Jacob Cats, in:
Ouderdom en Buyten-leven.