146 en ook enige afbeeldingen, o.a. van genoemd aankondigings bord en van de beide huizen, Korte Begijnestraat 14 en 16, waarbij het laatste nog de oude topgevel aan de straatzijde bleek te bezitten aan de tuinzijde is die nog aanwezig welke later door een rechte daklijst is vervangen. De viering heeft verder, evenals bij het 150-jarig bestaan in 1859, bestaan uit een feestmaal. Op alle uitgaven, ordonnantiën, enz. van de bos kwam het vignet van de „Vrijwillige Liefdebeurs" voor, weergevende een brandend door een pijl doorboord hart, waaronder twee ineengeslagen handen, alles omgeven door de zinspreuk „In alles Ghetrou". Het doorboorde hart stelde voor de droefenis bij een overlijden en de handen de steun, die daarbij door de Broederschap verleend werd. Door de grote vlucht die het levensverzekeringswezen vanaf het begin van de 20ste eeuw nam, werd de positie van de oude „bossen" echter langzamerhand onhoudbaar. In Haarlem waren er in de loop der jaren nog maar drie overgebleven en daarvan werden de „Broederlijke Liefdebeurs" in 1952 en de „Vrijwillige Algemene Bos ter Begraaffenissen onder de zin spreuk „Mijn Glas loopt ras" in 1962 opgeheven. In 1923 heeft het bestuur van de Vrijwillige Liefdebeurs reeds een poging gedaan tot modernisering door omzetting van de Bos in een naamloze vennootschap. De juiste juridische vorm werd echter niet gevonden, zodat het bedrijf in de oude vorm werd voortgezet, totdat in 1953 besloten werd de uit gifte van de „bosboekjes" te staken en voortaan enige vormen van levensverzekeringen op polis tegen moderne tarieven af te sluiten. Nieuwe statuten en een nieuw huishoudelijk reglement wer den ontworpen, waarbij de positie van de oude deelnemers op de boekjes ten opzichte van de nieuwe leden die op polis ver zekerd worden, geregeld werd. De nieuwe statuten werden 20 maart 1953 vastgesteld en traden 1 april d.a.v. in werking. Echter bleek weldra, dat de naam „Begrafenisbos" enz. niet attractief was, zodat deze in 1957 gewijzigd werd in „De

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1969 | | pagina 148