104
verkoopstertjes, die in de hoek hun giechelende ervaringen
overhevelden.
Viel er plotseling een stilte, dan klonk van veraf het klikken
van de ballen op het groene laken. Daar achterin was de tem
pel van Brinkmann, het heiligdom van de biljarters. Ras
echte amateurs, mannen die op verhaal wilden komen tussen
de spanningen van de dag. De biljartzaal is altijd een domein
geweest, dat je op je tenen binnenliep. Echt praten was er
niet bij. Je fluisterde. Want altijd stond er wel een man inde
diepste concentratie gebogen, de keu behoedzaam richtend
alsof hij zijn wereldtitel kader zoveel te verdedigen had.
Herinneringen
Dat is allemaal voorbij. Ik heb nog even gepraat met de
man achter die eenzame borrel. Misschien was het de eerste
keer sinds jaren, dat iemand hem in het café aansprak. Ik
heb hem gevraagd, waarom hij hier altijd gekomen was. Hij
was spraakzamer dan ik vermoedde. Kijk, zei hij, ik ben nu
72 jaar. Ik heb zoveel herinneringen hier liggen. Jarenlang
heb ik gekegeld, tot de banen geliquideerd werden. Ik ben
hier blijven komen, ofschoon het al jaren niet meer is wat het
geweest is. Vóór de oorlog, dat was een tijd. Je moest op zater
dagavond heel vroeg bij Brinkmann binnen zijn, anders was
er geen stoel meer vrij. Grote orkesten speelden hier. En denk
eens aan Boyd Bachmann en Johny Christel. We hadden
plezier bij de uitbundige zigeunermuzjek. Dat waren tijden,
s Zondags na de hoogmis een kop koffie bij Brinkmann. Nee,
de klad is er in gekomen. Ik heb het tegen Joop Brinkmann
destijds al gezegd: die tijden komen nooit meer terug. En dan
knikte hij alleen maar.
Cafe-restaurant Brinkmann is ter ziele. De Haarlemmer
heeft afscheid moeten nemen van het terras, zijn terras. En
dat is misschien nog het ergste. Laten we één keer chauvinis
tisch zijn: in heel Europa was niet zo'n terras te vinden. Waar
kon je zo rustig en godszalig zitten als voor de deur bij Brink
mann? Badend in de zon, een paar uur lang voor een paar
kwartjes consumptie? Mensen kijken vanaf het terras was een