ISM*
144
HI
gen van belang, die in 1967 bij rioleringswerkzaamheden
langs het Donkere Spaarne werden verricht. Fig. 13 geeft een
profiel weer, dat vanaf de rooilijn van de bebouwing aan de
Oostzijde van de Bakenessergracht (uiterst links) naar het
Oosten langs het Donkere Spaarne werd opgenomen.
Uiterst links vertoont het profiel nog enige overeenkomst
met dat aan de andere zijde van de Bakenessergracht. Onder
een zandige subrecente ophogingslaag (1) komt een duidelijke
woonlaag (2) voor, die voor een groot deel uit organisch
materiaal is opgebouwd en verder veel stro- en mesdagen,
hout en baksteenresten bevat. De anthropogene invloed is
sterker dan in de organogene lagen langs het Spaarne aan de
westzijde van de Bakenessergracht. Een aantal uit deze laag
verzamelde aardewerkscherven dateert uit de veertiende
eeuw. Onder deze woonlaag komt na een dunne zandige
inschakeling (3) een eveneens relatief dunne organogene
laag (4) voor met veel houtresten. Deze laag dateert waar-
I^V;^ OPGEBRACHTE GROND (SUBRECENT)
fc^<| VEENSLIK MIDDELEEUWS
ZAND MET 0R6AN0GENE LAAGJES
RIJKS GEOLOGISCHE OI EN ST - H A AR LEM
Fig. 13. Haarlem Donkere Spaarne. Profiel vanaf de Bakenessergracht (links)
in de richting van de Koudehorn; laagnummering zie tekst.