250 O, hoe vreemd zouden die oude Bernardijnen en die fiere ridders van het Heemsteedsche slot opzien wanneer zij weder onder de levenden terugkeerdenNiet alleen toch dat zij geen spoor meer van het achtbare konvent, en van den trotschen burgt zouden terugvinden, maar in plaats van dien onafzien- baren waterplas, waarin de torens van slot en klooster beiden zich spiegelden, zou hun oog een gansch nieuw landgebied ontdekken, omsloten door een brede gracht. Vóór twaalf of dertien jaren nog een trouwelooze binnenzee, werd de onaf zienbare Meer sinds die tijd niet alleen in land verkeerd, maar werd dat land met zooveel talent bebouwd, dat het reeds voortbrengselen oplevert die op de thans geopende tentoon stelling met andere landbouwproducten om den prijs dingen. Op de drooggemaakte bedding twee en een half uur breed en schier negen uren lang rezen een tal van hoeven en woningen, verscheidene scholen en kerken en andere voorname gebouwen omhoog en de vruchtbare bodem van een plas die vroeger slechts aan weinige visschers een karig bestaan ver schafte, voedt en onderhoudt thans reeds eene bevolking van tusschen de zes en zeven duizend zielen. Daar staan wij aan den oever der Ringvaart, die er vol strekt niet zo stijf en zoo slootachtig uitziet als haar naam zou doen gelooven, maar zoo breed en fraai en zo vrij en fier hare golven voortwentelt als of zij uit het tijdperk van den Ouden Rooden Zandsteen dagteekende of, op zijn laatst, door Drusus gegraven werd. Blijf gij hier maar wachten zeg ik tot onzen voerman wij zullen ons met het bootje laten overzetten, en zijn stellig over een half uur weder bij u. Maar ofschoon wij den vluggen en hupschen veerman er ligt op dit punt, om redenen van defensie, geen brug over de Ringvaart wenken dat wij de Meer eenvoudig per pedes Apostolorum wenschen te betreden, zien wij hem toch naar de groote pont gaan en spoedig, is het raadsel opgelost, want digter bij het hoofd gekomen, worden wij aan de overzijde twee rij tuigen gewaar die, uit de Meer gekomen, naar den Heem- steedschen kant moeten overgezet worden. Wij schepen onze personen als retourvracht op het gevaarte in en lopen het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1970 | | pagina 252