P. J. SAENREDAM, DE NOORDWEST-HOEK VAN DE NIEUWE KERK TE HAARLEM Het zal een Haarlemmer, die een beetje in zijn stad thuis is, niet veel moeite kosten om tenminste te vermoeden, waarvan de hier nevens staande afbeelding een reproductie is. Wij zijn hier in de Nieuwe kerk; het is een schilderij van Pieter Saenredam. Als men de catalogus van de tentoonstelling van het werk van Pieter Saenredam in Utrecht in 1961, waarin alle bekende schilderijen en tekeningen vermeld staan, doorzoekt naar dit paneel, dan loopt het op een teleurstelling uit. Het staat er niet in. Swillens1 schreef al in 1935, dat er nog wel schilderijen te voorschijn zou den komen, waarvan men het bestaan toen niet kende. Zo is het met dit schilderij: Het is voor het eerst getoond op een tentoon stelling van werk van Pieter Saenredam in het Institut Néer- landais te Parijs in 1970; het bevond zich toen in particulier Engels bezit.2 Sindsdien bevindt het zich in de kunsthandel.3 Twee vragen rijzen op: le Ts het een schilderij van Pieter Saenredam? Het is gesigneerd in de linker onderhoek (op de reproductie niet te zien) en ge dateerd 1658. P. Saenredam leefde 1597-1665. In 1658 leefde hij te Haarlem.4 Het feit, dat het op bovenvermelde tentoonstel ling als een schilderij van Pieter Saenredam erkend is, bevestigt, dat hij de maker is geweest. 2e Is het de Nieuwe kerk te Haarlem? Dit schilderij is niet direct vergelijkbaar met de tegenwoordige toestand, omdat de Nieuwe kerk thans vol staat met kerkbanken. Een foto, nu genomen, kan daarom nooit hetzelfde beeld opleveren als dit schilderij. Maar de zuilen en gewelven zijn nog precies dezelfde. Ook de vensters hebben dezelfde vorm. De wapens echter, die men op het schilderij in twee ramen ziet, zijn met het oude vensterglas ver dwenen. Welke zijn nu deze wapens? Zij zijn gemakkelijk terug te vinden op een tekening in het Gemeente-archief te Haarlem.5 Deze staat wel op naam van Salomon de Bray, maar is waar schijnlijk van Pieter Saenredam. Alle wapens in de ramen van 99

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1972 | | pagina 101