Ill
ook wel dragers te vinden 19. In 1848 vinden we een beschrij
ving van de mand. Het was een draagmand voorzien van een
matras, twee lakens, twee wollen dekens en verwarmd door krui
ken. De mand was overdekt, waarschijnlijk met een dekkleed.
In 1874 echter werd een nieuwe kap op een ziekenmand ge
plaatst 20. Zeker tot 1876 heeft de draagmand voor het vervoer
van cholera-patiënten klaar gehangen. Het loon van de twee
dragers, die de patiënt na het midden van de vorige eeuw naar
het Gasthuis voor besmettelijke ziekten overbrachten, bedroeg
ƒ1,- per transport, ook wel eens 2,-21.
Wat betreft de manden in gebruik bij het St. Elisabeth s Gast
huis, ook deze zijn waarschijnlijk tot het laatste kwart van de 19e
eeuw in gebruik gebleven 22. Zij waren groen geverfd.
O. H. Dijkstra
Ik dank de heer P. Jongens, hoofd van de afdeling Monumen
tenzorg van Openbare Werken te Haarlem, voor zijn bouwkun
dige aanwijzingen.
O.H.D.
Bronnen
(1) De Minnebroederssteeg, die van het Groot Heiligland naar de Kleine
Houtstraat liep, is bij de bouw van het Joles ziekenhuis (het Joodse zie
kenhuis aan het Groot Heiligland, dat na 1945 in het St. Elisabeth's of
Grote Gasthuis opgenomen is) in 1930 grotendeels verdwenen. Een klein
stukje is nog aanwezig tussen Kleine Houtstraat no. 88 en no. 90, het is
door een deur afgesloten. Het naambordje zit er nog, maar is onleesbaar
geworden.
(2) De kloosterkerk is op 9 febr. 1579 verkocht aan Claes v. d. Laen, bur-
gemeester (zie J. J. Temminck, W. J. Verwers Memoriaelbouck 1572-
1581, bl. 207, Haarlem 1973). Het jaar van sloping is niet bekend; op de
kaart van Peter Wils (1646) is hij verdwenen. Vergelijkt men de platte
gronden van 1578 (Th. Thomasz.) en 1646 (P. Wils), dan is er van ge
bouwen en zelfs van de structuur van het klooster niets meer terug te
vinden. De toren van de kloosterkerk, op de kaart van Braun (ongev.
1572) te zien, ontbreekt op die van Th. Thomasz. (1578).
(3) P. Langendijk, Plaatselijke beschrijving van Elisabeth Gasthuis, Ms.
153b, G.A.H.
(4) Bedoeld zal zijn: In half reliëf.