14
dige groep negentiende-eeuwse huizen.
Een ander verlies werd geleden door afbraak van de villa Zijlweg
192 - in de volksmond ook wel de „Olifant" genoemd. Dit huis
- een opmerkelijke verschijning in de ontwikkeling van de bouw
kunst gedurende het eerste kwart van de twintigste eeuw, waar
van Haarlem slechts weinig goede voorbeelden bezit - werd in
1921 gebouwd naar een ontwerp van de Haarlemse architect
Aug. M. J. Sevenhuijsen. Tevergeefs heeft de Schoonheidscom
missie gepleit voor behoud van dit pand. Terecht stelde zij dat
sloping alleen verantwoord is bij absolute noodzaak èn wanneer
de nieuwe bebouwing, welke er voor in de plaats komt, in har
monie met de omgeving minstens een gelijkwaardige, maar liefst
een nog betere kwaliteit garandeert. De commissie heeft dan ook
gemeend B. en W. in overweging te moeten geven in de bouw
verordening een artikel te doen opnemen op grond waarvan in
dergelijke gevallen regelend zal kunnen worden opgetreden.
Grote ongerustheid bestaat ten aanzien van het lot dat de kerk
van O.L. Vrouw van de Rozenkrans en H. Dominicus aan het
Spaarne bedreigt. Deze driebeukige neogotische kruisbasiliek
werd in de jaren 1883-1885 gebouwd door de architect E. J.
Margry (1841-1891) leerling van dr. P. J. H. Cuypers. Dit ge
bouw beheerst met haar toren naast de voorgevel het stadsbeeld
aan het Spaarne nabij de Langebrug. Ook hier staat te vrezen
dat in geval van sloop wat er voor in de plaats komt geen ver
betering zal betekenen doch veeleer het vertrouwde stadsbeeld
zal bederven. Wij volgen dan ook nauwlettend wat er zal ge
beuren en hopen op een mogelijkheid tot behoud.
Ontwikkeling van de Vereeniging „Haerlem" in 1973
Ook in dit verslagjaar is ons ledental ten opzichte van het jaar
daarvoor toegenomen. Per 1 januari 1974 bedroeg het 1210.
Rekening houdend met de mutaties, welke zich elk jaar voor
doen, mag gesproken worden van een gestadige groei. Dit is
wederom te danken aan de inspanning van verschillende onzer
leden, die nieuwe leden hebben aangebracht. Tevens blijkt uit
deze groei dat de belangstelling voor cultuurhistorische en esthe-