197 LEPEL 145 De steel, waarvan het uiteinde een afgeronde vorm heeft, is door middel van een rattestaart met de bak verbonden. Aan de achter zijde zijn op de steel de wapens gegraveerd van Joannes Carolus Antonius de Jeger (zwaard) en Maria Tjemck Ram van Schalk wijk (ramskop); zij zijn op 24 november 1751 te Woensel ge huwd. Boven de wapenschilden is een met ornamentiek omgeven helm aangebracht, voorzien van een helmteken, dat bestaat uit twee gekruiste armen met eveneens gekruiste zwaarden. Lengte: 19,5 cm. Merken: stadskeur: drie jachthorens (2 boven, 1 beneden in schild ingeslagen jaarletter K meesterteken: wereldbol met kruis Opm.: De veronderstelling lijkt mij gerechtvaardigd, dat de lepel in het huwelijksjaar 1751 of kort daarna in de omgeving van Eindhoven door een lid van het zilversmedengeslacht Keijsers vervaardigd is. Over het zilver uit deze streek is helaas nog wei nig bekend (zie de beschrijving in Brabants Zilver bij de nrs. 105-106). 2 WANDAPPLIQUES 146-147 De twee-armige kaarsenhouders zijn eikaars spiegelbeeld. De langwerpige wandapplique is opgebouwd uit een sterk asymme trisch omkrullende blad- en kuifornamentiek. Hieruit komen twee takken te voorschijn, die als een spiraal ineen gedraaid zijn en die op verschillend niveau een kaarsenhouder dragen, waar van de vetvanger gevormd wordt door golvende bladeren. Een soortgelijke set, vervaardigd door dezelfde meester, bevindt zich in het Gemeentemuseum te Arnhem (zie Frederiks II, no. 514). Rococo. Hoogte applique: ong. 28 cm. Merken: stadskeur van 's-Gravenhage

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1973 | | pagina 199