255 wij zeker weten dat er naast Harmen Hals nóg een kind uit dit huwelijk toen in leven was. Hoogstwaarschijnlijk is dat kind vlak daarna overleden en begraven in de week vóór 4 september 1616, hoewel bij die inschrijving de toevoeging „de schilder" helaas ontbreekt. IV. Harmen Fransz. Hals, gedoopt Haarlem 2 september 1611, waarbij doopgetuigen waren Oudoom Isaac Dircxzoon en Oudtante Teuntgen Jansdr., ietwat ongewoon omdat meest al zowel voor vaders- als voor moederszijde een getuige op trad. Harmen groeide op en werd evenals zijn vader kunst schilder, hoewel hij noch zijn jongere halfbroeders die allen hetzelfde métier kozen, ook maar in de verste verte hun illustere vader in diens voetsporen kon volgen. Het graf van Frans Hals In levensbeschrijvingen van Frans Hals wordt dikwijls verwonde ring uitgesproken over het feit dat de schilder, die volgens zeer vele gegevens vooral tegen het eind van zijn leven in zeer slechte financiële omstandigheden verkeerde, zo deftig begraven werd in de St. Bavo in een graf op het koor, temidden der belangrijke burgers van de stad. Daar rust hij nog steeds op dezelfde plek waar hij drie eeuwen geleden werd begraven, echter niet meer onder dezelfde grafzerk! De meer dan dertigduizend toeristen die jaarlijks onze oude Bavo bezoeken zien thans een gloednieuwe grafsteen met bijzonder fraaie inscriptie, en beseffen niet dat de oude deksteen een drietal plaatsen naar rechts verplaatst is geworden. Deze oude steen vertoont nog zeer duidelijk de naam van de oorspronkelijke eigenaar „N. Ghijblant" met daaronder een volkomen weggesleten familiewapen.1 De aandachtige lezer zal nu begrijpen dat Frans Hals in een oud familiegraf ter ruste werd gelegd, oorspronkelijk gekocht door de grootvader van Anneke Harmansdr., Nicolaes Ghijblant, die wij als doopgetuige onder zijn meer ouderwetse benaming als Claes Joppen tegen kwamen. Eerst dacht ik dat zijn zoon, de schepen Job Claesz. Ghijblant, die kinderloos stierf op 9 oktober 16392, dit graf op zijn achterneef Harmen Hals had laten vererven, doch bij bestu dering van zijn laatste testament3 dat hij op zijn sterfdag liet op-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1973 | | pagina 257