341
in kunst en wetenschap -
o, Gij, niet zonder grond gelijke
hetend wel van Florence,
o, stad van Frans Hals en Jacob Ruysdael!
ds. F. de Boer, em.pred.
Noten
Jacob Ruysdael
populieren
telefoonmast
brug
balkon
„garenkokerij"
circus
park
„Dobbelstenen"
t.w.v. het metrum. Jacob van Ruysdael, geb. 1628
te Haarlem en overl. aldaar 1682, Hollands
grootste landschapsschilder, wiens invloed ver bui
ten onze grenzen reikte: stamvader bijv. van de
Franse school van Barbizon, midden 19de eeuw.
Zijn graf, nr. 177, ligt - vergeten?! - eveneens in
de Grote Kerk, enkele schreden van dat van Frans
Hals;
deze stonden in een lange rij achter schr. s ouder
lijk huis, omgeving Kenaupark, en waren, met de
tegen de schutting groeiende klimop, een gezochte
nestplaats voor de zwarte lijster of merel;
hoge, „vierbenige", gevlochten, ijzeren mast voor
zien van een schakelkast onderaan en met aan de
top een raamwerk vanwaar, via een groot aantal
wit-porceleinen knoppen, de draden in alle rich-
tingen over de woonblokken liepen,
Zijlbrug en nabijgelegen hoefsmederij in de Zijl
straat (zijl afloop of lozing van water, sluis);
de paardetram door de Grote Houtstraat;
de fabriek der Haarl. Katoenmaatschappij van Th.
Prévinaire aan de Kinderhuissingel nabij de Ga-
renkokerskade, oorspr. de weverij-ververij-drukke
rij „De Garenklos", de schoorsteen viel 1918;
de tent van Circus Carré, tijdens tournee geplaatst
op het Land van Prévinaire;
Kenaupark met de voormalige Kenaubrug, die
leidde naar de Pieter Kiesstraat, vlakbij het ouder
huis van de bekende dirigent Felix de Nobel.
„Atax" heette de ouderwetse taxi die door accu's
werd aangedreven, terwijl de chauffeur „op de
bok" zat;
de beide zgn. „kommiezenhuisjes" ter weerszijden
van de oude Grote-Houtbrug;