49
school, althans wat betrof het middelbaar en hoger onderwijs.
In 1930 trouwde hij met Johanna Alberta Smelt, evenals hij zelf
afkomstig uit een predikantsgezin. Voor de gezondheid van zijn
vrouw was een hoger gelegen woonplaats wenselijk en daarom
ging hij reeds na een jaar van Dordrecht naar Haarlem, waar hij
leraar werd aan de Gemeentelijke HBS aan het Santpoorterplein.
Hij was een leraar bij de gratie. Zijn didactische bekwaamheid
bracht hem in de Commissie-Van den Ent, waarvan het Rapport
('s-Gravenhage 1941) nog steeds waarde heeft voor de didactiek
van het Nederlands.
In de bezettingstijd was hij zeer actief in het (ongewapend) ver
zet. Hij was lid van de Landelijke Organisatie voor hulp aan
onderduikers, had zelf vrijwel doorlopend onderduikers in zijn
huis aan de Ramplaan, bracht er vele bij anderen onder, moest
zelf een paar maal voor korte tijd onderduiken, maar kwam met
zijn gezin de oorlog ongeschonden door. Na de bezetting zette
hij voor teruggekeerde onderduikers dit werk nog enige jaren
voort als leider van het bureau Volksherstel in Bloemendaal.
In 1947 begon zijn grote tijd als rector van het nieuw opgerichte
Coornhertlyceum. Met de naam van zijn school was hij zeer in
genomen: Dirk Volkertsz. Coornhert behoorde, met Maarten
Luther, Menno Simons, Hugo de Groot, tot de mannen met wie
hij zich geestelijk verwant gevoelde. Hij ontpopte zich als een
eminent schoolleider en onderwijsvernieuwer, die op zijn open
bare school de vakken bijbelkennis en cultuurgeschiedenis van
het christendom invoerde. De school begon klein in de villa Oos
terhout aan de Oosterhoutlaan, werd na enige jaren overgebracht
naar het nieuwe gebouw aan de Chrysanthemumlaan en groeide
daar uit tot een grote instelling.
Van Dis verliet het Coornhertlyceum en tevens Haarlem in 1958,
toen hij inspecteur werd van het gymnasiaal en middelbaar on
derwijs, met als eerste standplaats Zutphen. Na enkele jaren
reeds werd hij coördinerend inspecteur in Noord-Holland en
werd Naarden zijn woonplaats. Het was allerminst routinewerk,
wat hij als inspecteur te doen had, want hij kreeg te maken met
de invoering van de wet-Cals op het voortgezet onderwijs, beter
bekend als de Mammoetwet. Maar hij verstond de kunst om iets