niging tot uitbreiding der verzameling van kunst en oudheden in het Frans Halsmuseum. Aan Gonnef s idee en doorzettingsvermo gen dankt Haarlem de huidige fraaie behuizing van het Frans Halsmuseum! Veel van zijn publikaties verschenen in de Bijdra gen tot de Geschiedenis van het Bisdom Haarlem, waarvan hij redactie-secretaris was. Uit de verhalen en berichten komt Gonnet naar voren als een uiterst beminnelijk en hoffelijk man die een grote kennis had van de Haarlemse geschiedenis, veel liefde had voor de topografische atlas met name, waaruit en dat wordt door velen als zijn grootste kwaliteit gezien hij regelmatig „kunstbeschouwingen" organiseerde, meestal in de Schneevoogt- kamer op het Stadhuis. Archief-technisch en wetenschappelijk stond zijn werk niet op een hoog peil, maar hij bewees waardevol le diensten aan het wetenschappelijk werk van anderen. Het ver haal gaat dat hij de priester, die hem op zijn sterfbed vroeg of hij bereid was, ten antwoord gaf „wel bereid, echter niet gepres seerd"!13) E.A. von Saher was in 1901 52 jaar oud, geboren te Breda. Hij had een opleiding tot beeldhouwer gevolgd aan de Academie voor Schone Kunsten te Brussel en was in 1880 conservator geworden van het Museum voor Kunstnijverheid dat in het Paviljoen was gevestigd en tevens directeur van de School voor Kunstnijverheid. Een van zijn grootste verdiensten was het vervaardigen van gips afgietsels van de Boeroe-Boedoer die in 1900 op een wereldten toonstelling te Parijs werden tentoongesteld. Als bestuurslid van „Haerlem" werd als zijn grootste verdienste genoemd het feit dat hij de heer A. Stoop bereid vond 5.000,te betalen voor de herbouw van de toren op het stadhuis, de grootste bijdrage die binnenkwam, waardoor deze actie zou gelukken14). Mr. W.F.C.C. Pijnacker Hordijk was in 1901 34 jaar en was gemeentesecretaris van Haarlem. Hij was geboren in Tiel en was in 1898 naar Haarlem gekomen. In 1909 zou hij dit ambt neerleg gen en adjunct-directeur en later directeur worden van de Haar- lemsche Brandverzekerings Maatschappij. In 1921 vertrok hij naar Dordrecht, gevolg van een fusie van zijn bedrijf, en beëindig de zijn bestuurslidmaatschap van „Haerlem". Na in 1925 op ei gen verzoek ontslag gekregen te hebben, kwam hij weer naar 58

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1976 | | pagina 60