Haarlem waarvan hij de oprichter was. Trijn Oly vermeldt niet
wat Arents' verwanten ertoe aanzet het graf in de St. Bavote
openen. Wel tekent zij aan dat „doendertyt ghehaelt hebben
Pieter Francen schilder, dien 't doendertyt uutteeckende, waar
van ghecoomen syn die doode schilderie van syn E.; en alst
geconterfeyt was deeden de grachtstede stil toe, en lieten het H.
lichaem daarin rusten". Die rust is echter van korte duur want het
jaar daarop moet het graf weer open als de eigenares, Aegje
Baertes, is gestorven. Deze gelegenheid wordt aangegrepen
om Arents met kist en al naar boven te halen, maar zonder
problemen gaat het niet. Eerst valt er ,,vuyle aerde" op het „H.
aenschijn", dan breekt een der benen onder de knie af, tenslotte
blijkt de kist minder stevig dan de inhoud en valt halverwege uit
elkaar. Als de onbehouwen grafdelvers men durft niets tegen
hen te zeggen omdat het protestanten zijn - het lijk eindelijk
boven hebben, bloeit de devotie der aanwezigen op, al durft
men er niet hoorbaar uiting aan te geven. Toen dan (schrijft Trijn,
kennelijk zelf aanwezig).voelden we met ons hant ende saghen
met ons ooghen datet H. hooft noch met vel becleet was; thaer
aende wynbraeuwen ende opt hooft stont noch soo perfect alst
geschildert is". Trijn verwijst kennelijk naar het portret door
116
5. Portret van Cornelis
Arents door Pieter de
Grebber uit 1631.
Paneel (58 x 43 cm).
Rijksmuseum Het
Catharijneconvent,
Utrecht.
6.
Co.
ont
Grt
Rijl
Ca:
Utr