Pieter Francen, natuurlijk niemand anders dan Pieter Fransz de
Grebber. Als Aegje begraven is, wordt het ,,H. lichaem" weer
teruggeplaatst maar eerst zagen de grafdelvers het nog intacte
been bij de knie af om de gammele kistte kunnen inkorten. Nog
één keer, op 10 april 1632, wordt het graf geopend, nu teneinde
Arents' overschot naar een andere groeve binnen de kerk over
te brengen. Men voelt zich daartoe gedrongen omdat het graf
van Aegje in bezit van ketterse verwanten was geraakt. Zij was
namelijk tijdens haar leven al zo afgewend van al het tijdelijke
dat zij verzuimd had een testament te maken.
Men kijkt nu wel wat vreemd aan tegen zulk wansmakelijk gesol
maar het geval Arents staat allerminst op zichzelf. Óver de
opgraving van een Brugse dominicaan in 1625 werd al gespro
ken. Door hun verdrukte positie hebben Noordnederlandse ka
tholieken minstens zo'n grote behoefte aan zaligen en heiligen
uit eigen streek, bovendien gesterkt door het Trentse advies
nationale devoties te stimuleren. Een polemisch, tegen de Re
formatie gericht, element ontbreekt daarbij niet. In samenwer
king met Rovenius verrichten Zuidnederlandse franciscanen
rond 1620 opgravingen naar de resten van de martelaren van
6. Portretgravure van
Cornells Arents naar
ontwerp van Pieter de
Grebbe r uit 1630.
Rijksmuseum Het
Catharijneconvent,
Utrecht.
jaA.jns.
jucm
tciHs ertU
di e jntcnüus ijA koe
on T"jjjeft te»,
iure PtWscs curwmp ciKemp io.cr.rU
Mrfims, U fSucem mtiém "bocare mmm -
Corpora fi put nttjcnl ca-ntm pik ^imvla Dei /M
Ccrttor mtacfx 'bippmidis .tonér.
Sesjui mnojast
CoWUüttliifigro
Corpora so^mèi Sè fTSJS-
r J ufca iwe«
fbiturt Tc!»vifsto
117