1942 dook de heer De Vos van Steenwijk onder op de Veluwe. Op Dolle Dinsdag scheen de bevrijding nabij. Een met zijn volle naam ondertekende proclamatie aan de burgerij van Haarlem ging ter perse. Helaas, de vrijheid zou eerst maanden later komen. De pakken met proclamaties welke de drukkerij reeds verlaten hadden, werden links en rechts verstopt. Geen enkel exemplaar is in handen van de vijand gevallen Reeds tijdens de bezetting was in Londen besloten, dat De Vos van Steenwijk de inmiddels overleden Mr. Dr. A. baron Roëll als commissaris der koningin in de provincie Noord-Holland zou opvolgen. Aldus geschiedde. Direct na de bevrijding werd hij waarnemend commissaris en in september 1945 volgde zijn definitieve benoeming. Het eerste doel van de nieuwe ambts drager was medewerken aan het herstel van een geordende maatschappij, een opgave welke niet gemakkelijk was, temeer daar de eerste tijd zonder Provinciale Staten moest worden gewerkt. Daarbij kwam het grote aantal burgemeestersvacatu res, waarin zo spoedig mogelijk moest worden voorzien. In de negen uiterst moeilijke naoorlogse jaren volgde deze commissaris der koningin het leven in Noord-Holland met in tense belangstelling en leidde en stimuleerde het herstel en de verdere ontwikkeling van de provincie, op alle terreinen die binnen zijn ambtsbereik lagen. Gedurende zijn ambtsperiode werd de tunnelbouw te Velsen met kracht ter hand genomen. Zelf achtte hij deze ontsluiting van Noord-Holland boven het Noordzeekanaal een van zijn belang rijkste werkzaamheden. Als voorzitter van de betreffende staatscommissie was De Vos van Steenwijk ten nauwste bij de realisering van deze en andere tunnelverbindingen onder het Noordzeekanaal betrokken. Hij zag reeds in de toekomst drie tunnels onder het kanaal: te Velsen, bij de Hembrug en in Amsterdam. Nog tijdens zijn ambtsperiode als commissaris der koningin werd hij benoemd tot president-curator aan de universiteit te Leiden. Een functie, die hij ook na zijn pensionering met veel overgave en liefde voor zijn „Leiden" bekleedde. De vrijdagen waren heilig, dan vergaderde hij op de Alma Mater. Wee de gene, die op die dag een vergadering belegde of een afspraak maakte: de heer De Vos zou stellig niet aanwezig zijn. Voor zijn belangrijk werk op grond van algemene bestuurskunde verleende de universiteit hem het eredoctoraat in de rechten in 1959. Zijn promotor, Prof. Mr. C.M.F. Polak, roemde bij die gelegen heid zijn haviksoog voor wat belangrijk was, zijn vindingrijkheid en zijn constructief vermogen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1978 | | pagina 238