Dr. B.F.J. Luyken
Haarlem en de
verwerking van
huisvuil: een stukje
milieuzorg van
vroeger en nu
Inleiding
Leven, in welke vorm dan ook, betekent verandering, omzetting
van de ene stof in de andere, om maar een van die veranderin
gen te noemen. Verbruik van energie, grondstoffen, voedings
stoffen, verbruik ook van meubels, kleding en wat niet al; zie
daar één aspect van het leven. Niet alleen menselijk leven, ook
dierlijk en plantaardig leven bestaat uit omzetting van de ene in
de andere stof. Een bruikbare stof heeft voor het leven waarde,
een gebruikte stof, een afvalstof dus, heeft dat per definitie niet.
Veel afvalstof bedreigt het leven dat die stof produceerde en te
veel afval verstikt het leven zelfs.
Het leven dat zo'n goede voedingsbodem vindt op de suikers
van druivesap, de suikers verbruikt en daarbij gedeeltelijk omzet
in een andere stof, in alcohol, is daar een aardig voorbeeld van.
Voor velen is juist die alcohol een aangenaam bestanddeel van
een drankje, maar voor de bacteriënsamenleving die suikers
omzet in alcohol is dat laatste een verstikkende afvalstof. Hoe
smakelijker de suikers, des te meer bacteriën er komen, des te
sneller die suiker verbruikt wordt en hoe meer afvalstof - alco
hol - zich in het milieu van die bacteriënsamenleving ophoopt.
Wanneer het alcoholpercentage tot zo'n 12% van het vloeistof
volume is gestegen, zal de bacteriëngroep aan zijn eind geko
men zijn. Waarschijnlijk staan niet velen stil bij deze tragische
gebeurtenis tijdens het ontkurken van een fles. Doen we dat
ondanks onze dorst toch nog even, dan blijkt ook deze gebeur
tenis de bekende wijze lessen in zich te dragen:
1hoe beter de voeding, des te sneller vermenigvuldigt zich het
aantal consumenten;
2) hoe meer consumenten, des te sneller vermindert de voor
raad en hoe sneller groeit de afvalberg;
3) hoe meer afval, des te slechter de milieu-omstandigheden
voor de consument en des te minder snel breidt de groep
consumenten zich uit;
4) ontdoen de consumenten zich niet drastisch van hun afval,
dan treedt oversterfte op en tenslotte vergiftigt de consument
zichzelf en sterft uit;
maar ook:
5) wat afval is voor de een, is voedsel voor de ander, hetgeen
weer tot gevolg heeft dat het geweldig lastig is te definiëren
wat nu precies afval is.
Voor de ene bacterie is die 12% alcohol een dodelijke afvalstof,
voor de andere een voedingsstof. Denk maar aan de azijnbac-
terie die alcohol onmiddellijk tot haar gerief gaat omzetten in
azijnzuur als ze tenminste de kans krijgt tegelijk zuurstof op te
47