schapskunst die zal gedistilleerd moeten zijn uit het Kristendorr
en het Heidendom, ik bedoel het moderne Heidendom (Niet
sche, Kloos) en die haar goddelijk recht zal ontlenen uit den bror
waar ook het Kristendom die uit putte en haar menschelijk recti
uit het positief barbarisme van gedachten en gevoel"34). Mo
dieuze kretologie van een jongeling die Maurice Barrès gelezer
had!
Het jaar 1894 was een veelbewogen jaar, zowel voor Tidemai
persoonlijk als voor ,,De Nieuwe Gids".
Het begon ermee dat zijn vader probeerde hem wegens zenuw
ziekte in een inrichting geplaatst te krijgen35). Toen dat mislukte
moet alle contact tussen vader en zoon zijn verbroken. Dooi
financiële steun van vrienden wist hij het hoofd boven water te
houden.
In mei werd hem een lichamelijk zwaar gehandicapte zoor
geboren, en toen hij in september in het huwelijk trad met Anna
Elisabeth Eman, net twintig jaar geworden, waren de weder
zijdse ouders niet aanwezig. Het waren ook maar weinig vrien
den die Tideman verwachtte in het kerkje te Sloterdijk, waarde
huwelijksvoltrekking zou plaatsvinden: Gijs van Tienhoven
Willem Witsen, Jan Hofker en natuurlijk Diepenbrock aan wie hij
verzocht het orgel te bespelen. Geen Kloos en Boeken evenwel
In Sloterdijk had Tideman een grote villa gehuurd „Meer er
Vaart" waar hij met vrouw en kind gedurende enige maanden
van 1894 verbleef. De financiële moeilijkheden waarin hij kwam
te verkeren noopten hem echter spoedig naar andere woon
ruimte om te zien, waarna hij zich te Abcoude vestigde.
Dat hij in december 1894 een baantje als corrector bij „De
Telegraaf accepteerde, waar hij overigens na een week al woei
genoeg van had, wijst er eveneens op dat de financiële situatie
waarin hij toen verkeerde, niet rooskleurig was.
Jaren later schreef Tideman dat hij en zijn vrouw „door een hel
van onbeschrijfelijk lijden" waren gegaan, „hun maatschappe-
lijken ondergang tegemoet"36).
Tegen deze achtergrond voltrokken zich de dramatische ge
beurtenissen rond „De Nieuwe Gids".
Door het uitvallen van Kloos, die nu geheel en al aan de drank
was geraakt, was de redactie van het tijdschrift vrijwel geheel in
handen van Tideman, die dan ook enkele nummers praktisch in
zijn eentje vol schreef. Toen de oud-medewerkers onder leiding
van Van der Goes besloten om aan deze toestand een einde te
maken, en daartoe een vergadering belegden, bracht dit Tide
man tot een woedeuitbarsting in versvorm: