L.A. Leuven,
secretaris
P.W. Heemskerk,
tweede secretaris
Jaarverslag 1979
Algemeen
Minder dan één percent van de Haarlemse bevolking kan
zich lid van de vereniging „Haerlem" noemen. Een somber
beeld? Maar is het niet zo, dat kwaliteit belangrijker kan zijn
dan kwantiteit? Hoor je niet vaak dat argumenten zwaarder
tellen dan grote getallen? Dit soort overpeinzingen overviel
de secretaris bij het opstellen van het jaarverslag over 1979,
waarbij bleek dat de verwachte groei van het ledental toch
weer een beetje was uitgebleven. Het schommelt al jaren
tegen de 1400 aan.
Aan activiteiten in elk geval geen gebrek in het verslagjaar.
„Haerlem" hield ogen en oren wijd open om op elk noodza
kelijk moment in de bres te springen voor zaken die het
verdedigen waard werden bevonden. Niet voor niets heeft
„Haerlem" zich de rol aangemeten van historisch geweten
van de stad en de naaste omgeving. Daarnaast werden
weer boeiende lezingen verzorgd, met nieuwe bijdragen
voor verder denken over onze voorgeschiedenis.
In de jaarvergadering van 21 mei werd de gebruikelijke
bestuursverkiezing gehouden. Jhr. F.W.A. Beelaerts van
Blokland en drs. J.J. Temminck hadden zich herkiesbaar
gesteld en werden bij acclamatie herkozen.
In diezelfde jaarvergadering werd door voorzitter mr. H E.
Phaff de zilveren penning van de vereniging uitgereikt aan
de heer H.F. Bill, antiquair uit Amsterdam. Hij ontving de
penning wegens zijn grote verdiensten voor de stad door de
restauratie van het Huis met de Beelden aan de Wagen
weg, tegenover de Spanjaardslaan. Het buiten Eindenhout
was sterk verwaarloosd, toen de heer Bill al zijn energie
wijdde aan het herstel, dat enkele jaren heeft geduurd. Op
een tweetal zaterdagen hebben ongeveer driehonderd le
den van de vereniging met eigen ogen kunnen zien wat het
resultaat was van die arbeid. Mr. Phaff merkte bij de over
handiging op dat het de achttiende maal was dat de zilveren
penning in de historie van „Haerlem" werd uitgereikt. De
laatste jaren was de penning vooral als blijk van waardering
toegekend aan mensen die zich voor de vereniging ver
dienstelijk hadden gemaakt. Nu werd de traditie hersteld dat
ook personen die voor de stad Haarlem een waardevolle
daad hebben verricht, met een penning worden geëerd.
Van de gemeente Haarlem ontving de vereniging over 1979
een subsidie van 3.300,-; Bloemendaal verleende een
bijdrage van 500,—. Het bestuur stelt deze bijdragen bij
zonder op prijs en ziet er een aanmoediging in voor hetgeen
„Haerlem" verricht.
De zetel van de vereniging, de Hoofdwacht aan de Grote
Markt, werd in het verslagjaar getroffen door een tweetal
narigheden. In de strenge winter bevroor de waterleiding,
113