190 Necrologieën Hendrik Franciscus Andriessen 17 september 1892- 12 april 1981 Met de dood van Hendrik Andriessen is de laatste van de vier broers heengegaan. De oudste-Willem, de pianist- stierf in 1954, terwijl Kiek en Mari niet lang geleden overleden zijn. Bij de grote verschillen tussen de broers waren de over eenkomsten niettemin groter. Zij hadden alle vier het zelfde soort gevoel voor humor. Allemaal konden ze goed vertellen en ze waren in een zelfde ongewoon grote mate door hun vak bezeten. 'De la musique avant toute chose', was het motto van Hendrik. Met een dik potlood schreef hij deze woorden in het voorjaar van 1912 op zijn schrijftafel bij de redactie van de Nieuwe Haariemsche Courant als afscheid van zijn journalistieke loopbaan. Dat die zinspreuk een Fran se was, is niet toevallig. De Franse cultuur heeft steeds een zeer grote aantrekkingskracht op hem uitgeoefend. Het Franse impressionisme in de schilderkunst, maar meer nog in de muziek, hield hem enorm bezig. Even zeer de daarachter liggende bronnen. César Franck was voor hem een voorbeeld. Een element dat hem in Franck aantrok was ongetwijfeld ook diens echte vroomheid. Een wellicht typische Franse vroom heid, ver van alle bigotterie, veeleer de vorm van een grote creatieve traditie, gedragen door een sterk gevoel voor orde en discipline. Naar de muziek vertaald: de grote tradities van bij voorbeeld de gezongen of ge speelde meerstemmige muziek. Hendrik Andriessen wees graag op het feit dat Sweelinck niet alleen vaak op Franse teksten componeerde, maar dat diens muziek ook steunde op de Noordfranse, beter gezegd, Bourgondische tradities en dat Buxtehude en Bach op hun beurt daarvan in zekere zin weer de voort zetters waren. Zijn opmerkelijke gave zijn composities een herkenbare sterke structuur te geven, staat niet los van het feit dat zijn beste vrienden architecten waren. Gerrit Rietveld, Jan Duiker en Bernard Bijvoet waren daaronder niet de minsten. Wat hem in de architectuur boeide was niet alleen het feit, dat het samenstellen van hecht doortim merde structuren een harde noodzaak is, maar vooral het inzicht dat ondanks-of wellicht zelfs dank zij-deze 'beperkingen' de bouwkunst een vrije kunst is zoals ook de muziek. Vanuit die wetenschap dat vrijheid en dienst baarheid verschillende zaken zijn, valt ook te begrijpen dat Andriessens kerkmuziek, al dan niet in opdracht geschreven, in de ware zin van het woord doeltreffend is. De grote bruikbaarheid van die muziek heeft alles te

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1981 | | pagina 192