aan de Spaanse soldaten een grote som geld betalen
om te voorkomen dat de stad door hen zou worden
geplunderd. Het verlangde geld was niet in contanten
aanwezig en in Haarlem werd huis aan huis alles wegge
haald dat op de markt geld zou opbrengen. Haarlemse
linnenfabrikanten raakten zo hun hele voorraad kwijt,
scheepswerven hun hout, goud- en zilversmeden hun
goud en zilver, anderen hun schilderijen en dergelijke. In
Haarlem bestond in die benarde dagen geen markt voor
deze goederen, en men was dus wel gedwongen ze naar
Amsterdam te brengen, waar ze tegen iedere prijs aan de
man moesten worden gebracht. Door deze grote hoe
veelheid aangevoerde goederen en de noodzaak om di
rect geld te zien, werd alles ver beneden de prijs ver
kocht, hetgeen aan menige Amsterdamse handelaar een
aardige winst moet hebben opgeleverd.
Toen de Spaanse veldtocht na Haarlem op Alkmaar stuit
te, werd Haarlem voor zijn voedselvoorziening van Am
sterdam afhankelijk, omdat het bijna aan alle kanten
door prinsgezinde gebieden ingesloten was. De Amster
damse stadsbestuurders zorgden in de eerste plaats
voor hun eigen stad en lieten voedsel voor Haarlem maar
mondjesmaat door. Meer dan eens gebeurde het dat
voor Haarlem aangekocht graan in de Amsterdamse ha
ven door het Amsterdamse stadsbestuur in beslag werd
genomen, waardoor in Haarlem een benauwde situatie
ontstond. Meer dan eens is er tussen 1573 en 1577 spra
ke van hongersnood.
In die tijd kon een Haarlems burger buiten Haarlem aan
sprakelijk worden gesteld voor de schulden van zijn
stad. Haarlem kon door de slechte omstandigheden niet
aan zijn financiële verplichtingen voldoen, en het gevolg
was dat het een Haarlems koopman in Amsterdam kon
overkomen dat zijn goederen in beslag werden geno
men omdat iemand daarop Haarlemse schulden wenste
te verhalen.
Illustratief voor de manier waarop men in Haarlem over
Amsterdam en de Amsterdammers dacht, is een incident
uit 1578: een Amsterdams schip voer door het Spaarne.
De herkomst van het schip was duidelijk te zien aan de
op het schip geplante Amsterdamse vlag. Dit wekte de
woede van enkele Haarlemmers, die de Amsterdamse
vlag in Haarlem niet wensten te dulden en daarom de
vlag uit de mast haalden. De Haarlemse burgemeesters
boden hiervoor aan Amsterdam hun excuses aan, met de
belofte dat het niet weer zou gebeuren (16).
Het doet hierna vreemd aan dat toen de Amsterdamse
49