Ir. J. Leupen Al was Arthur van Schendel geen Haarlemmer van ge boorte (Batavia, 5 maart 1874), hij bracht zijn jeugd door Over Arthur van aan het Florapark 25, en als onderwijzer verbonden aan Schendel en zijn het instituut van R. Prins (Prinsenbolwerk 3) woonde hij roman 'Een Hollands in de Wijde Appelaarsteeg 4. Geen wonder dat Haarlem drama' later in enige romans een rol speelt, vooral in Een Hol lands drama (1935). Over de Haarlemse zaken in Frati- lamur (1928) schreef Charles Vergeer (Bzzlletin 87 (1981), p. 46-60), over de jeugd van Van Schendel en Een Hollands drama publiceerde ir. J. Leupen (Bzzlletin 38, 1976, p. 31-32). Over de achtergronden van het Haar lems drama dat aldaar in een negentiende-eeuwse grut- terswinkel is gesitueerd, is nog zo weinig bekend dat de laatste auteur toestemming gaf zijn artikel in het Jaar boek Haerlem op te nemen. Mijn vader (geboren in 1871 te Haarlem) telde onderzijn talrijke schoolvriendjes de wat jongere Arthur van Schendel, die in het begin van de jaren tachtig de zoge naamde jongensschool van meester Knoop bezocht. De oude pakhuizen van mijn grootvader, die voor een groot deel uit de 17e en 18e eeuw dateerden, waren voor de schoolvriendjes van mijn vader een ideaal speelter rein. Het was een doolhof van zolders, vol romantische hoeken en gaten, trapjes en gangetjes, kortom het leen de zich voortreffelijk tot allerlei spelletjes, waarbij de jongens de heerlijkste rovers- en indianenfantasieën konden uitleven, ook de jonge Arthur deed hier enthou siast aan mee. Het zal zo in het begin van de jaren dertig zijn geweest toen mijn vader onverwacht bezoek kreeg van iemand met een wilde grijzende haardos, die zeide graag eens een praatje te willen maken met een oude schoolvriend van de school in de Jacobijnenstraat. Het gesprek begon niet onvermakelijk. Toen Van Schendel zich presenteer de als oude schoolmakker, vroeg mijn vader, die zijn naam niet goed had verstaan: 'Wel, en wat doe jij tegen woordig zo voor de kost?', waarop Van Schendel ant woordde: 'Nu, ik schrijf zo af en toe wel eens wat!' Bij mijn vader ging toen plotseling een licht op en hij ripos teerde: 'Wel, dan ben jij Arthur, je bent een groot schrij ver geworden!' Van Schendel vertelde toen, dat hij een nieuwe roman op stapel had staan, die in Haarlem zou spelen en waarvoor het woonhuis en de gebouwen waarin indertijd mijn 68

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1981 | | pagina 70