laag. Tegen de gevolgen daarvan waren effectieve voor zieningen, zeker in die dagen, niet te treffen. Sindsdien heeft het bewoonbaar houden van het huis jaarlijks schatten gelds gevergd tot in onze tijd. Aan de rusteloze activiteiten van de heer Van der Vliet, die lid van de Raad van Bestuur van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij was in welke functie hij door gans Europa reisde, kwam abrupt een einde toen hij op 19 augustus 1884 door een beroerte werd getrof fen, waarvan hij niet meer zou herstellen. Op 13 november 1885 legateerde hij bij acte, verleden ten overstaan van notaris Ter Hoffsteede te Overveen, aan het Amsterdamse Anslo's Hofje een jaarlijkse som van 936,-. Met dit hofje hadden de Van der Vliets als nazaten van Klaas Klaasz. Anslo (1555-1632) door de eeuwen heen zeer nauwe banden. Van hem stamde ook af Reyer Anslo. Vondel waardeerde deze als een dichter 'van cierlyke netheid'. Sinds de herfst van 1885 was David van der Vliet vrijwel verlamd en gedurende zijn laatste levensjaren ook geestelijk sukkelend. Hij was geheel aangewezen op de verzorging door Adam, zijn trouwe lijfknecht, die met hem rond reed in een laag calèche-achtig jachtrijtuig met brede velgen tegen het wegzakken in het zand, op stal de duinwagen genoemd, aan het huis de 'Kales'. Op 29 juli 1889 nog liet hij zich naarZandvoort rijden om het eskader van de keizer van Duitsland te zien, dat daar kwam ter ere van prinses Stéphanie, de weduwe van de op 30 januari van dat jaar omgekomen Oostenrijkse kroonprins Rudolf van Oostenrijk. De keizer was door een verrekijker zichtbaar. In de late herfst van dat jaar, op 27 november, overlijdt de heer Van der Vliet. In haar in het Frans gestelde leedbrief - la bonne société parle frangais - gaf zijn weduwe daarvan kennis, en zij alleen. 'J'ai la grande douleur de vous faire part de la perte que je viens de faire en la personne de mon bien aimé mari MONSIEUR DAVID VAN DER VLIET décédé a l'age de 67 ans.' In Overveen werd aangezegd door de aanspreker Wil lem Flooren. Geen sprak zo onvervalst het Overveens. Ook in Amsterdam werd 'gebuurt': de Heren- en Kei zersgrachten tussen Leidsestraat en Vijzelstraat. Het stadshuis in Amsterdam werd sindsdien niet meer 'swinters betrokken. Men was tot het inzicht gekomen, 17

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1984 | | pagina 19