Hij was waarschijnlijk de eerste Nederlandse beeldhou wer, die abstracte beelden maakte, ofschoon daaraan toch ook duidelijk herkenbare ideeën ten grondslag lagen, zoals zijn laatste werk, opdracht van de gemeen te Haarlem en geplaatst voor de Stadsschouwburg, ge titeld Souffleurtoont. Hij kreeg vele opdrachten voor monumentale beelden, maar ze werden dikwijls niet uitgevoerd, omdat opdrachtgevers veelal hun keuze be paalden tot 'gemakkelijker' ontwerpen. In 1955 won hij de staatsprijs voor de beeldhouwkunst. Voorts won hij de Burgemeester van Grunsvenprijs te Heerlen, de David Roëllprijs van het Prins Bernhardfonds en kreeg hij in 1967 de Staatsprijs Beeldende Kunst en Architec tuur, naar aanleiding waarvan in het Stedelijk Museum te Amsterdam een beeldententoonstelling georgani seerd werd. In de latere jaren maakte hij vele tekenin gen, waarvan in 1976 in het Van Abbemuseum en in het Stedelijk Museum een tentoonstelling werd gehouden. Reeds eerder geridderd werd hij op zijn 70ste verjaar dag bevorderd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau. Couzijn was een van de initiatiefnemers voor de oprich ting van de Stichting Ateliers 63, die in 1963 aanvanke lijk als een vrije academie begon in een vleugel van de toen juist door de gemeente Haarlem aangekochte Kou- denhornkazerne. Enkele vooraanstaande beeldende kunstenaars hadden de ervaring, dat dikwijls begaafde jonge kunstenaars zich onvoldoende konden ontwikke len in het schoolse systeem van de bestaande acade mies. Hun stond voor de geest een instituut, waar der gelijke jonge mensen zich onder leiding van uitvoeren de kunstenaars zouden kunnen ontwikkelen. De docen ten zouden, om de verstarring van de academies te voorkomen, niet in vast dienstverband moeten werken, terwijl deelnemers bij gebleken gebrek aan talent of motivatie tussentijds weggezonden moesten kunnen worden. Tenslotte zouden deelnemers hun eigen keuze van docent kunnen maken. Toen na een aantal jaren dit systeem toch niet bevredig de is, vooral onder invloed van Edgar Fernhout, overge gaan tot een andere werkwijze, waarbij deelnemers een eigen atelier toegewezen krijgen, waarin zij zelfstandig kunnen werken, terwijl eenmaal per week de begelei ders op bezoek komen om hun mening en desgewenst adviezen te geven. In de tegenwoordige vestiging aan de Zijlsingel beschikt de stichting over een twintigtal

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1984 | | pagina 216