Mariabeeld in de doopkapel, vlak bij het hoofdaltaar
geplaatst. Maarsnel deed de behoefte zich gevoelen om
weer tot een aparte Mariakapel te komen. Daarom werd
na enige tijd een kapel gebouwd tussen de kerk en de
pastorie, achter het overblijfsel van de oude Klopper
poort. In deze kapel kreeg het beeld een eigen altaar,
uitgerust met twee openklappende vleugeldeuren
waarachter het waardevolle sculptuur veilig kon ver
dwijnen. Door de verschillende godsdienstige vereni
gingen van de parochie werd het altaar versierd. In 1883
schonken de Haarlemse afdeling van de Aartsbroeder
schap van de H. Familie en de Broederschap van de
Haarlemse processie naar Kevelaer een tweetal stan
daards met grote kaarsen*23*. Al eerder, rond 1875, was
de kapel geheel opgeschilderd door de Haarlemse
schilder Frans Loots. In neogotische stijl schilderde hij
onder meer de vroegere processie met het Mariabeeld
over het begijnhof.
Ondanks het ijveren van de pastoor, de activiteiten van
de broederschap en de andere blijken van hulde bleef
de verering voor Onze Lieve Vrouw van Haarlem be
perkt van omvang. In de 19e-eeuwse parochiememoria
len is geen aantekening te vinden over devotie, bede
vaarten of andere speciale plechtigheden voor de mira
culeuze madonna. Slechts kapelaan Van Kersbergen
van de Josephparochie schreef indertijd: 'nu noch
toont zich een teedere devotie tot Onze Lieve Vrouw
van Haarlem'*24'. Rond 1900 was vooral hij het, die pro
beerde de verering te stimuleren. Enerzijds door histo
risch werk te leveren en relevante archiefstukken te
publiceren en anderzijds door er op een populaire ma
nier in de kerkelijke bladen overte schrijven. Bovendien
stelde hij voor het eerst een bedevaartsboekje sa
men'25'. Van Kersbergen schrijft verder dat er regelma
tig mensen in de kapel een groet aan Maria kwamen
brengen, niet zelden nam men dan bloemen mee. Op
zaterdagochtend werd er door de broederschap een
mis verzorgd. De kapel was dan meestal goed gevuld.
Op zondag was er nog een Marialof. In 1905 kreeg de
broederschap toestemming van de H.Congregatie van
de Riten om voortaan op 2 juni een eigen feestdag te
vieren*26'. Sindsdien was dat de vaste feestdag van Onze
Lieve Vrouw van Haarlem. Het werd voorafgegaan door
een triduüm, een driedaagse voorbereiding, en het feest
werd op de dag zelf met een processie door de kerk
besloten. Vanwege dit privilege werd een groot kerk
raam voor de zijmuur van de kapel geschonken.'27'.