j.j. TEMMiNCK Onaangename zaken worden soms verdoezeld door er mooie namen aan te geven. Zo is achter woorden als Bezuinigingen in 1774 bestedingsbeperking, prioriteitenstelling of heroriënta tie steeds het woord bezuiniging schuil gegaan. In Haarlemse kringen sprak men in 1774 over het 'redres'. De stad was in de 18e eeuw in toenemende financiële problemen gekomen. Het aantal inwoners nam gestaag af en daarmee de stedelijke inkomsten uit accijnzen. De industriële bedrijvigheid werd minder. Tegenover de dalende inkomsten stonden geen minderende uitga ven. Met name de armenzorg ging steeds meer kosten door het groeiend aantal werklozen. Het stadsbestuur probeerde meerdere malen de uitgaven en inkomsten met elkaar in evenwicht te brengen. De rapporten daar over zijn in het Haarlemse gemeentearchief terug te vinden. Zo verscheen er in 1774 het Rapport tot redres van stads Finantie, waarin een commissie uit de vroed schap (te vergelijken met de tegenwoordige gemeente raad) de mogelijkheden aangaf om bezuinigingen in te voeren en de inkomsten te verhogen. Over dit rapport werd door de Haarlemse vroedschap in 1774 en 1775 vaak en uitvoerig gesproken. In dit artikel wordt voorna melijk het rapport besproken. Als de genomen besluiten daarvan afweken wordt dat eveneens genoemd. Het is voor de lezer misschien nuttig of vermakelijk om te zien hoe men twee eeuwen geleden in Haarlem finan ciële problemen probeerde op te lossen. Eerst behan delen wij de mogelijkheden die men zag om de uitgaven te verminderen. Leden van het stadsbestuur moesten regelmatig naar Den Haag voor het bijwonen van de vergaderingen van de Staten van Holland en van andere colleges. Deze afgevaardigden reisden daar doorgaans heen met het stadsjacht en omdat men niet op dezelfde dag kon te rugkeren, onderhield Haarlem in Den Haag een eigen huis, het stadslogement. Voor hun Haagse verteringen ontvingen de Haarlemse afgevaardigden een vast dag geld, maar het gebruik was ingeslopen dat zij de kosten van hun verteringen ook nog eens declareerden, waar door hun daggelden zuivere inkomsten werden. Deze gewoonte werd nu afgeschaft, voortaan moest men maar van zijn daggeld zien rond te komen. De reizen naar Den Haag werden ook in ander opzicht onvoordeli ger. De 25,- die een afgevaardigde per week extra kreeg voor reiskosten en de 50,- die hij per kwartaal voor kleine onkosten ontving, werden beëindigd. 59

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1984 | | pagina 61