In 1537 verkoopt Allaert Maeris aan zijn zwager Dirck
Symonsz. de helft van een boomgaard in de Burggravin-
nesteeg voor 30 carolus guldens. De andere helft van de
boomgaard had Trijn Willemsdr., de vrouw van Dirck -
en dus ook Dirck al eerder in bezit gekregen.
Blijkbaar bouwt Dirck hier een huis want in 1540 ver
koopt Trijn, inmiddels weduwe geworden, een huys mit
ten erve leggende ende staende in de Burchgravinnestege
voor 250 carolus guldens aan Diert Gerrits Roosgen, die
tot 1554 woont op de plaats van het huidige pand Gravin-
nesteeg 1.
Zijn achterbuurman in de Kleine Houtstraat is de schip
per Jan Huyge, die waarschijnlijk al eerder, maar zeker
sinds 1540 woonde in het derde pand vanaf de steeg, te
genwoordig nr. 41a. Na zijn overlijden omstreeks 1555
blijft zijn vrouw Trijn Dirix tot haar dood met de kinde
ren Guirus, Anna, Maertgen en Pieter hier wonen. Als
voogd treedt in 1582 namens hen Ghijsbert Dirix van
Poelenburg, een broer van hun moeder, op om het huys
metten erve staende ende leggende inde Cleyne Hout-
straet voor 200 carolus guldens te verkopen aan Claes
Pietersz., 's heeren dienaar.
Inmiddels is ook het huis in de Gravinnesteeg in andere
handen overgegaan. Van 1554 tot 1561 is het eigendom
van de wardeyn Jacob Stevensz., waarna het in handen
komt van de kleermaker Hercules Jansz. Hercules en zijn
vrouw Cornelia belenden ook aan de westzijde in de Klei
ne Houtstraat, tegenwoordig nr. 43.
Blijkbaar hadden zij beide huizen in gebruik en lieten zij
enkele verbouwingen uitvoeren. Zij maakten in de zij
muur van Gravinnesteeg 1 een doorgang naar de binnen-
Een 'Hafnerware' pot, die uit
Duitsland (Rijnland, waarschijn
lijk Keulen) geïmporteerd werd.
Dit type pot komt in het westen
van ons land vrij sporadisch
voor. Mogelijk is dit exemplaar
door de schipper Jan Huyge op
een van zijn tochten uit Keulen
meegenomen.
Foto: Openbare Werken, Jos
Fielmich.
147