er ooit nog exemplaren gevonden zullen worden. Zij
zouden een goed inzicht geven in de activiteiten van
mensen als Barthelmees.
Behalve de gortersvrouw had Barthelmees nog een
aantal zieken behandeld. Een Claes Gerritsz. van Aals
meer, die buiten de Schalkwijkerpoort woonde, had hij
voorgeschreven 's morgens en 's avonds het Onze Va
der, Wees gegroet, de geloofsbelijdenis, het Evangelie
van Johannes21) en enkele bezweringsformules te le
zen, en briefjes met beschermende spreuken bij zich
te dragen. Verder had hij Claes een drank gegeven,
waarvan deze alleen maar zieker geworden was. Bar
thelmees' remedie was een uitgebreidere behandeling
geweest. Hij had a raison van 30 gulden voor Claes
'een pot gekookt'. Dat wil zeggen, hij had in een pot
wat afgeknipte hoofdharen en teennagels van Claes
meegekookt. Vervolgens had hij met spelden of naal
den in deze nagels geprikt. Bovendien waren onder de
pot vijf spijkers in het vuur gegloeid, waarop hij met
een tang geslagen had. De bedoeling van dit alles was
dat degenen die Claes zijn ongemak aandeden net zo
gepijnigd zouden worden als de nagels en de
spijkers.22)
Verder had Barthelmees een Pieter Enten belezen, die
daardoor tot raserye en cranckhooffdicheyt gecomen
was en in het dulhuis gebracht moest worden. Ondanks
dit weinig bevredigende resultaat had hij van Pieters
vrouw 45 gulden geïnd voor de genoten behandeling.
De vrouw van Gerrit Arentsz. van Aalsmeer was na
door hem belezen te zijn onder verdachte omstandig
heden gestorven. Voor nog meer belezen personen ver
wijst de schoutsrol naar de (niet bewaarde) confessie
van Barthelmees.
Bartelmees werd zwaarder gestraft dan de andere wi
chelaars. Behalve de gebruikelijke schavottering en
verbanning moest hij een boete van 60 gulden betalen.
Indien hij niet kon betalen binnen de drie dagen die
1 hem binnen Haarlem nog vergund waren, dan werd hij
i zes weken op water en brood opgesloten. Was ook die
termijn verstreken zonder dat hij dit bedrag kon vol-
doen, dan zou hij in het openbaar gegeseld worden.
Een omstandigheid, die de Haarlemse processtukken
1 ondanks hun uitvoerigheid niet noemen, zou deze
t zware straf kunnen verklaren. Deze zelfde Barthel-
1 mees Cornelisz. was in 1596 in Amsterdam al in aanra
king geweest met de justitie, omdat hij in het geheim
f een mis had gecelebreerd. Hem was toen ook gevraagd
21