dr. PiETER biesboer Een Caritas van Pieter Fransz. de Grebber Nu moet ik Grebber noemen Den vader, ende Soon, en ook de Dochter roemen. Wie sag oyt schilderij van eene dochters hand? Hier schilderter noch een met goed en kloek verstand De Grebbers sijn vermaerd door hunne groote beelden. Wie sag dat iemands hand en geest hier kloecker speelden. Zo prees Samuel Ampzing in 1628 de schilders Frans Pietersz. de Grebber, zijn zoon Pieter en zijn dochter Maria, die beiden in het atelier van hun vader waren opgeleid.') Hoewel Pieter pas in 1632 in het Haarlemse St. Lucasgilde werd ingeschreven dateert zijn vroegste werk uit 1622, een zogende moeder met drie kinderen in het Houston Museum of Fine Arts. Onze Caritas, die in 1987 door het Frans Halsmuseum werd aangekocht, kan in verband gebracht worden met dit vroege werk. De Grebber heeft namelijk voor de moeder in beide schilderijen gebruik gemaakt van hetzelfde model, dat trouwens ook nog voorkomt in de Werken van Barmhar tigheid uit 1628, geschilderd in opdracht van de regenten van het Oudemannenhuis, welk schilderij zich nu in het Frans Halsmuseum bevindt. Pieter de Grebber heeft dit schilderij van zijn monogram voorzien, terwijl zijn vader, Frans Pietersz., de betaling ontvangt voor dit doek en voor nog een tweede, voorstel lende Jacob, Rachel en Fea, dat ook voorzien is van het monogram van Pieter de Grebber en het jaartal 1628.2) Pieter de Grebber werkte dus waarschijnlijk tot zijn inschrijving in het gilde in 1632 zeer nauw samen met zijn vader. Pas op latere leeftijd ging hij zelfstandig wonen. In 1634 kocht hij een huis op het begijnhof, waar hij voor de rest van zijn leven ongehuwd bleef wonen temid den van de begijnen. Hij was rooms-katholiek en onder hield nauwe betrekkingen met de rooms-katholieke geestelijkheid in Haarlem.3) Pieter de Grebber toont zich in dit vroege werk een 130

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1987 | | pagina 132