1864 de allereerste campagne van start, die tot 23 februari 1865 zou duren. Bartholomeus Lans en zijn vennoten moeten hebben gehoopt, dat de bietenbouw in de nieuwe Haarlemmer meerpolder gunstige resultaten zou afwerpen. Deze bleken evenwel teleurstellend; de bodem van het Haar lemmermeer was zo kort na de drooglegging nog te zilt voor de suikerbietenteelt. De burgemeester van Haarlemmerliede c.a. merkte in 1864 in zijn gemeen teverslag op dat de beetwortelteelt ongunstig was en verschillende landen in de Haarlemmermeer daartoe ten eenenmale ongeschikt zijn. In het jaarverslag van de suikerfabriek over 1865 wordt somber meegedeeld, dat besloten is de beetwortelcultuur in de Haarlemmermeer polder te laten rusten. De terugloop van de suikerbieten teelt in de polder van 328 ha. in 1864 tot 113 ha. in 1865 was duidelijk. De onderneming van Bartholomeus Lans bleek een fiasco. De firma werd ontbonden en de machinefabriek die de installaties had geleverd nam als schuldeiser het gebouw over. Op to januari 1865 werd de suikerfabriek eigendom van de n.v. Beetwortelsuikerfabriek op den huize Zwanenburg of kortweg Suikerfabriek Zwanenburg. Het eerste jaarverslag van de n.v. toont zich enthousiast over de campagne van 1865: Den ige september zijn de werkzaamheden van de fabrijk aangevangen en met het beste gevolg voortgezet tot de ie february j.l. zonder een enkelen dag stilstand. Aan suiker en stroop zullen wij ongeveer eene hoeveelheid van Q00.000 kg. van 11 /2 millioen kg. beetwortelen bekomen. De door ons verkregen quantiteit pulp bedroeg 2.127.000 kg. De gunstige ligging onzer fabrijk voor de verkoop van dit product heeft zich andermaal beves tigd Met de stroop waren wij minder gelukkig. Door de voortreffelijke wijnoogst welke het laatste jaar in Frank rijk plaatsvond, daalden de prijzen van dit artikel zeer, dat voornamelijk door brandewijn gebruikt wordt, welke door slechte prijzen van het gedistilleerd met geen voor deel konden werken. Men betrok de bieten uit Gelderland. De fabriek had een speciale agent in dienst die in de Betuwe de contacten met de boeren onderhield. Ondanks de jui chende berichten in de beginjaren kon ook dit vennoot schap het niet langer dan vijftien jaar bolwerken. In 1881, nadat de fabriek een jaar had stilgelegen, moest 195

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1987 | | pagina 197