drecht) naar Halfweg. Deze Brabanders zijn sedert 1970 uit het Halfwegse straatbeeld verdwenen. Hoogerheide was de centrale verzamelplaats van het Brabantse cam pagnepersoneel. In dit dorp verbleven in de maanden september tot december nauwelijks mannen die ouder waren dan achttien jaar. Gehuwden en vrijgezellen vertrokken in die periode naar elders, zoals naar het Hollandse Halfweg. De zogenaamde keet- of putbaas, die in Hoogerheide woonde, droeg de verantwoordelijk heid om arbeiders voor de suikerfabriek te verzamelen. Bij de kleine van Schuurbiers, zoals de putbaas werd genoemd, konden de werkwillige West-Brabanders zich aanmelden. De bejaarde heren Van Beveren en Mat- teeuwsen te Hoogerheide kunnen zich nog precies herinneren op welke wijze dit in zijn werk ging. Van Beveren vertelt: Schuurbiers woonde hier op het dorp, dan ging je daar naar toe en dan vroeg je of je nog meekon. En als er nog een manneke bijkon, dan kon jij mee. Matteeuwsen: Kort van tevoren kreeg je bericht De zware lorry's met kalksteen werden door het Brabantse campagnepersoneel naar de fa briek geduwd Vrouwen en mannen werkten in de bietenboten. De vrouwen vul den de manden met suikerbie ten. De mannen droegen de zware manden de fabriek in (ca. IQIO) oor de suikerfabriek „Holland" Halfweg 208

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1987 | | pagina 210