de campagne weg, want die konden in de kerstbomen meer verdienen dan op de suikerfabriek; toen hebben we de zogenaamde bindingspremie ingesteld, dan kregen ze een bepaald percentage - zeven of acht procent - als ze de hele campagne gewerkt hadden. Er waren tijdens de campagne ook veel woonwagen bewoners in de suikerfabriek. Volgens Verhagen werkte dit uitstekend, hij kon de sociale controle geheel over dragen: Er was een vader met een stuk of drie zoons en een paar neven. Als er nu wat aan de hand was, dan ging je even smoezen met pa en pa regelde het verder. De Brabanders kwamen uit een economisch probleem gebied. Zelf spreken ze over 'het donkere zuiden'. Een streek waar verhoudingsgewijs lage lonen werden betaald en arbeid vaak seizoensgebonden was. Velen werkten bij boeren of op één van de drie steenfabrieken van Hoogerheide. Arbeid op deze fabrieken droeg ook een campagnekarakter. Eind september was het werk voorbij. Toen begin jaren dertig de steenfabrieken geen emplooi meer boden, trokken vele Brabanders niet alleen in de herfstmaanden, maar ook in de overige seizoenen van huis weg. Matteeuwsen: Omdat het op de steenfabriek zo slecht was, heb ik aan de Afsluitdijk aan de Zuiderzee gewerkt. Maar ik ging wel naar Half weg Halfweg betaalde beter en kwam ieder jaar terug. Na afloop van de campagne waren vele Brabanders zonder werk. De steenfabrieken gingen pas in het voorjaar op volle kracht draaien. Matteeuwsen herin nert: Gewoonlijk kreeg je één of twee weken niets als je de fabriek afkwam, omdat je in Halfweg te veel verdiend had en toen had ik twee kinders. Van Beveren: Je kon een paar weken doppen (stempelen) of naar de werkverschaffing. Het vliegveld bij Woensdrecht is hier door de werkverschaffing aangelegd. Heel dat vliegveld is omgespit door de werklozen. Het campagnepersoneel werd ingezet op plaatsen die nu geautomatiseerd zijn. Met name het lossen van de bietenauto's vergde volgens Verhagen bijzonder veel arbeid: Het was allemaal handwerk, zo'n dertig of veertig procent tarra (extra gewicht door vuil) aan de bieten en dan moesten die jongens op die wagens klauteren en hun mand met bieten vol grijpen. Ze werkten in zware oliepakken, na een werkdag kon je de jongens neerzetten, stijf van de klei. Na de automatisering van de fabriek verdween aan het 213

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1987 | | pagina 215