sidered'. Het gaat hier om een engelstalig onderzoek naar de omvang van de Haarlemse bierproduktie tussen ongeveer 1400 en 1800. Uitgaande van het materiaal dat door Van Loenen in zijn dissertatie is aangedragen, probeert de auteur aan te geven, dat Van Loenen door een verkeerde interpretatie van zijn bronnen, namelijk de verhouding van de opbrengst van de verpachte bierac cijns tot de werkelijke produktie, Haarlem voor langere tijd een bloeiende bierproduktie kende dan hij en an deren aangeven. De jury had er moeite mee, dat de auteur weinig origi neel onderzoek heeft gedaan en zich vrijwel geheel op het door Van Loenen gedane werk baseert, waardoor het resultaat te mager overkomt. Omdat de auteur bezig is met een proefschrift over dit onderwerp, laten de Amerikaanse gebruiken niet toe, dat de tekst wordt gepubliceerd, hetgeen strijdig is met de opzet van de 'Haerlem-Prijs'. De auteur bleek te zijn Richard Yntema, thans woonach tig te Amstelveen. In de overige inzendingen heeft de jury geen rangorde bepaald. Na het lezen van dit jaarverslag zal een ieder moeten erkennen dat de Vereniging 'Haerlem' het afgelopen jaar zeer aktief is geweest en een belangrijke bijdrage levert aan het cultuurhistorische leven van Haarlem. Op dezelfde weg voortgaan kan alleen met steun van voldoende leden. De vereniging groeit, maar is nog altijd te klein voor een gemeente ter grootte van Haarlem. We hopen in de toekomst meer leden te werven, zodat het werk ook daadwerkelijk gesteund wordt door een grotere groep Haerlemmers!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1987 | | pagina 242