1752 werd hier de Hollandsche Maatschappij der Weten
schappen opgericht, die in 1777 de Economische Tak
oprichtte, een uiting van het economisch streven der
patriotten. In 1778 werden Teylers genootschappen op
gericht en hiernaast waren tal van wetenschappelijke en
letterkundige gezelschappen. De uitgeverijen bloeiden.
Haarlem had nog geen eigen afdeling van de Maatschap
pij tot het Nut van het Algemeen. Die werd hier pas in
1789 opgericht. Ik heb wel de indruk dat de geest van
het Nut, het opvoeden van mensen tot het besef van
hogere waarden, hier al aardig heerste. Sinds 1778 had
Haarlem een vrijcorps, sinds 1786 een patriotse sociëteit.
Kerkelijk bezien was ongeveer 58 van de bevolking
lid van de hervormde kerk. De katholieken vormden
ongeveer 30 van de bevolking, luthersen en doopsge
zinden ieder ongeveer 5 De niet-hervormden waren
van alle invloed op het stadsbestuur verstoken, want
alleen hervormden konden in het stadsbestuur zitting
nemen, wat vooral bij de economisch zeer machtige
doopsgezinden tot verbittering leidde.
Vanouds werd Haarlem bestuurd door 32 en soms 24
vroedschappen. Men zou ze kunnen vergelijken met de
tegenwoordige gemeenteraadsleden, maar er was een
groot verschil: vroedschappen werden benoemd voor
het leven. Als er een overleed, kozen de overgebleven
vroedschappen een opvolger. Uit die 32 vroedschappen
werd door henzelf ieder jaar een voordracht gedaan van
dubbeltallen voor de benoeming van de vier burgemees
ters die het dagelijks bestuur in handen hadden, en
de zeven schepenen die recht spraken. De benoeming
geschiedde door de stadhouder. In de middeleeuwen,
vóór 1492, was dat anders gegaan, en ook tijdens de
stadhouderloze tijdperken. Toen waren de jaarlijkse be
noemingen door de vroedschappen zelf gedaan.
De functies van vroedschap en van de daaruit gekozen
burgemeesters en schepenen waren lang niet altijd aan
trekkelijk geweest. In de 16de eeuw probeerden burgers
wel aan zulke benoemingen te ontkomen omdat ze tijd
en geld kostten. In de loop van de 17de eeuw veranderde
dit, want als burgemeester had men grote invloed en
kon men een aantal aantrekkelijke functies vergeven aan
familie en andere relaties. Burgemeester Van Valken
burg benoemde zijn bedienden in stedelijke functies,
waardoor zij een aardige bijverdienste kregen, want ze
lieten het werk tegen een geringere betaling door an
deren verrichten en streken zelf het volle salaris op.
Blokvorming binnen de vroedschap had in de loop der
28