anton van der lem lek blyf getrou, ick wyck nyet af Johan Huizinga en Haarlem Johan Huizinga, de grootste Nederlandse geschiedschrij ver van deze eeuw is zijn loopbaan als historicus begon nen in Haarlem. De beroemde schrijver van Herfsttij der Middeleeuwen, Erasmus, Homo Ludens en Nederland's beschaving in de iyde eeuw werd in 1897 leraar geschie denis aan de gemeentelijke hbs met 5- en 3-jarige cur sus. In 1905 verliet Huizinga Haarlem weer, om hoogle raar te worden aan de universiteit van Groningen, zijn geboortestad. Naar aanleiding van de voltooiing van de uitgave van het eerste deel van Huizinga's corresponden tie willen we aandacht besteden aan zijn acht Haarlemse jaren.1) In Groningen was Huizinga geboren in 1872, daar heeft hij het gymnasium bezocht en aan de universiteit Neder landse letteren gestudeerd. Hij had nog overwogen om voor Semitische talen te kiezen, maar dat zou betekend hebben dat hij in Leiden moest studeren. Omdat hij aan Groningen gehecht was en een studie in Leiden te duur zou zijn, koos hij toch voor Nederlandse letteren, wat toen ook de studie van de geschiedenis en het Sanskriet inhield. In 1897 promoveerde Huizinga op een Sanskriet onderwerp en een kort studiejaar daaraan voorafgaand in Leipzig was eveneens op de talenstudie gericht, zodat niets er op wees dat zijn veld van werkzaamheid de geschiedenis zou worden. Uit Duitsland teruggekeerd ontdekte Huizinga dat ook met Nederlandse letteren de beroepsmogelijkheden ge ring warenHij had zich er tevoren nooit veel rekenschap van gegeven hoe zijn toekomstmogelijkheden lagen. In zijn herinneringen. Mijn weg tot de historie, schreef hij later: Over de vraag van een loopbaan had ik mij te voren nooit druk gemaaktmin of meer levend in een vage verwachting dat zich op zijn tijd wel iets zou voordoen, wat in mijn richting lag [v.w. 1, 27]2) Een betrekking aan universiteit, archief, museum of andere wetenschap pelijke instelling, danwel aan een voornaam gymnasium deed zich echter niet voor. Wel vond hij een advertentie 94

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1987 | | pagina 96