Zuigelingenzorg steun en hulp vonden bij de voeding en
verzorging van hun baby's. De adviezen van de artsen
werden geaccepteerd en opgevolgd, zoals onder meer
blijkt uit een brief van de echtgenote van een boekhou
der aan Zuigelingenzorg: U heeft mij al heel wat ongerust
heid bespaard, want als er even iets met mijn jongen was,
dan was ik weer bij U en werd weer gerustgesteld. Mijn
man spotte er wel eens mee, want als de kleine 's nachts
lastig was zei hij: Morgen ga je zeker weer naar Zuigelin
genzorg', maar dat was verschrikkelijk overdreven 8).
Ook gedurende de Tweede Wereldoorlog stond Zui
gelingenzorg paraat. Het jaarverslag over 1944 geeft een
indringend beeld van de situatie: Nog nooit hebben de
dokters en huisbezoeksters van Zuigelingenzorg onder
zulke moeilijke omstandigheden moeten werken als in
1944, het wel zeker laatste jaar der bezetting, en vooral
in het laatste kwartaal van 1944, toen de hongerwinter
begon. Er was op de bureaux geen licht en geen verwar
ming, de localiteiten konden bijna niet schoongehouden
worden, door onvoldoende voeding was de tocht naar en
van de bureaux voor het personeel al bijna te veel, terwijl
tóch het gewone werk van hen geeischt werd; daarbij
kwam, dat men overstelpt werd met vragen over onder
voede kinderen en kinderen met ondertemperatuur, ter
wijl de voeding voor ieder kind afzonderlijk feitelijk een
puzzle vormde, die individueele behandeling vereischte.
Hier kan nog bijgevoegd worden, dat er tijden waren, dat
niemands persoon op straat veilig was, en dat iedereen
(zelfs zusters in costuum!) ten allen tijde van zijn fiets kon
worden beroofd - en tóch bleef ons personeel op zijn
post - en wist aldus Zuigelingenzorg drijvende te houden.
Hun komt dan ook een woord van groote lof toe, waar
zoovelen het bijltje er bij neerlegden, of beweerden, dat
ze alléén voor voedingsmiddelen in staat waren te werken!
Niet aldus de leiders en de zusters van onze instelling, die
inderdaad 'paraat' bleven.
De eenigste concessie, aan de algemeene ontwrichting
gebracht, was het in de koudste maanden slechts 1X in
de 2 weken spreekuur houden, in plaats van wekelijks, al
waren er ook enkele spreekuren, die gewoon door bleven
draaien
Na de Tweede Wereldoorlog, met name na 1950 kwam
er een kentering in de bloeiperiode van Zuigelingenzorg.
Alvorens op de oorzaken daarvan in te gaan, wil ik eerst
even terugkomen op de aan Zuigelingenzorg verbonden
artsen.
153