de andere hand, en op den hoed een schip, met eenige
vruchten. Deugdverkonden met vleugelen en een bazuin,
een Geruste Geest, de Liefde tusschen twee engeltjes volg
den de voorgaanden. Hier op quam de Onbarmhartigen
Gierigaart met een goude keten om den hals, en een
gesloten beurs in de hand, hebbende een turkschen tulbant
op het hoofd (zie ill. 4) 7I), enzovoorts.
De symboliek die door de rederijkers werd gebezigd was
zowel christelijk als klassiek (en dus heidens, en zeker
niet heylich, zoals de magistraten wensten) van aard. De
klassieke inspiratiebronnen van de rederijkers zien we
bijvoorbeeld als de optocht de Houtstraat inkomt door
de Grote Houtpoort. Want voor de Nieuwe Doelen was
een triomfboog opgericht, na de Korintsche bouworden,
waarop de Haarlemse maagd was gezeten, die de bezoe
kende kamers welkom heette. Aan haar ene zijde zat
Pallas, de klassieke godin van de wijsheid, en aan de
andere de Voorzichtigheid, benevens wapenhouders met
het oude en nieuwe stadswapen ?2). Joost van den Von
del, die op negentienjarige leeftijd in de stoet meetrok als
vaandrig van de Brabantse Amsterdamse kamer 't Wit
Lavendel, schreef hier in 1657 over 73): [wij traden] mede
4. De liefde tussen twee engel
tjes, en de onbarmhartige gie
rigaard: de Leidse rederijkers
kamer De Oraigne Lely in de
intrede van het Landjuweel te
Haarlem, 1606. (Uit: Heyns,
Const-thoonende juweel (Zwol
le 1607), plaat ongenummerd).
21