ne. Hij was namelijk niet alleen een geloofsgenoot, maar bo vendien ook werkzaam in de textielnijverheid; naast de uitoe fening van zijn schildervak fabriceerde hij katoenen linten en koorden. 1A. Blankert, Amsterdams Historisch Museum, Schilderijen date rend van voor 1800 (voorlopige catalogus) (Amsterdam, 1975— 79), p. 267, nr. 402, doek, 104,5 x 127 cm. Herkomst: aange kocht van kunsthandel Charpentier, Parijs 1965. 2. E. de Jong, 'Ruimzicht, De gouden eeuw van de Hollandse tuin kunst', Journal of Garden History, 8, nrs. 2 en 3 (dubbelnum mer) april-september 1988) pp. 118-119, nr. 7, kleurenafbeel ding 11. 3. Ibidem, noot 1: Is echter in stijl zo nauw verwant met een schil derij dat op dezelfde wijze, half in vogelvlucht, een gezicht op dergelijk landhuis te zien geeft, dat ik aanneem dat het van de zelfde hand is. Dit stuk, dat huize Munnikenhof te Grijpskerke op Walcheren voorstelt en zich thans in het Zeeuws Museum te Wal cheren bevindt, is gemonogrammeerd en gedateerd 'ws 7659'. Op grond daarvan werd het door B. Renckens op het RKD aan W. Schellinks toegeschreven. 4. Weg wezen, Recreatie vroeger, nu en straks (Tentoonstellingsca talogus Amsterdams Historisch Museum) (Amsterdam, 1969/ 70), nr. 29. 5. E. de Jong, 'De Hollandse tuin, tuinarchitectuur in de tijd van Willem en Mary', Groei Bloei nr. 6, juni 1988, pp. 20-21. 6. Mrs. S.M. Wages, Arlington, Virginia, die in 1992 op 17de- eeuwse Hollandse tuingezichten zal promoveren, kwam na uit gebreid topografisch onderzoek tot de conclusie dat het hier een imaginaire tuin betrof. Zie: E. de Jong, 'For profit and ornament: the function and meaning of Dutch garden art in the period of William and Mary, 1650-1672', The Dutch garden in the seven teenth centuiy (Washington, 1990), p. 34, nt. 45. 7. Ook uit het buitenland zijn voorbeelden voorhanden, waamit blijkt dat het stadsprofiel als een soort logo voor de desbetreffen de stad wordt gebruikt (zie voor Lippstadt: Michael Schmitt en Jochen Luckhardt, Realiteit und Abbild in Stadtdarstellungen des 16. bis ig. Jahrhunderts, nr. 31). 8. J.H. Grabandt-Pleging en P.E.M. Hammann, 'De molens aan het Spaame', Historische Werkgroep Haerlem, red. B.C. Sliggers, De loop van het Spaame, de geschiedenis van een rivier, p. 104 en mondelinge gegevens van de auteurs. 9. Archief Teylers Stichting, nr. 396 (I9de-eeuwse kopie naar Anthony Velsen, pentekening in kleur. 620 x 435 mm); gepubli ceerd in: Haarlemmerhout 400 jaar (Haarlem, 1984), p. 123, afb. 120. 10. Archief Teylers Stichting, nr. 1656.2 (Pentekening in kleur, 325 x 210 mm, gedateerd 1679, zonder naam). 11. De beschrijving van de tuin is van de hand van mevrouw

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1991 | | pagina 110